Overslaan en naar de inhoud gaan
  • 24/02/2025

Personeelstekort, financiële druk, een stijgende vraag naar zorg door de vergrijzing: onze gezondheidszorg staat voor flinke uitdagingen. Rapporten hameren erop dat we tegen 2030 top-notch zorg moeten leveren, maar wel met beperkte middelen. Digitale transformatie kan (een deel van) de oplossing zijn, vinden we bij Voka Health Community. In deze artikelenreeks laten experts hun licht schijnen over de rol van digitalisering en innovatie om de zorg van de toekomst te bouwen. Dit keer aan het woord: Johan Staes, gedelegeerd bestuurder van Vlozo.

Vlozo, de afkorting van ‘Vlaams Onafhankelijk Zorgnetwerk’, is de sectorfederatie van zorgondernemers. Gedelegeerd bestuurder Johan Staes legt uit: “We zijn er voor iedereen die ondernemend is in de zorg. Onze leden zijn vandaag hoofdzakelijk actoren uit de ouderenzorg, zoals organisaties die woonzorgcentra, assistentiewoningen, centra voor kortverblijf, herstelverblijven, enzovoort beheren. Het zijn organisaties die thuisvervangende, warme settings aanbieden voor ouderen met een kwetsbaar profiel.”

De opdracht van Vlozo is drieledig. “Ik noem wat we doen ‘i tot de derde macht’. In de eerste plaats informeren we onze leden over het beleid én waken we erover dat de impact daarvan beperkt blijft. Daarnaast informeren we de overheid. Als stakeholder van de Vlaamse en de federale regering werken we samen met de departementen zorg en welzijn, maar ook die van onderwijs, werk en wonen. Bij hen zetten we het belang om na te denken over duurzame zorg op de agenda. En ten derde informeren we ook het bredere publiek. Via de media, evenementen, netwerkmomenten,… geven we een stem aan ouderenzorg. Een belangrijke boodschap is dat er meer ondernemerschap nodig is om onze zorg ook in de toekomst kwalitatief hoogstaand, toegankelijk én betaalbaar te houden.”

We moeten naar een totale shift van wie wat mag doen, vertrekkend vanuit de competenties van medewerkers.

Johan Staes, Vlozo

Hoogdringend

De ouderenzorg voorbereiden op de toekomst is hoogdringend, klinkt het. “Nu al is één op de 5 Vlamingen ouder dan 65, een aantal dat alleen maar zal toenemen. Over 10 jaar is een derde van onze bevolking pensioengerechtigd, gaan we naar een verdubbeling van het aantal 85- en 90-plussers en zullen er nog nooit zoveel 100-jarigen geweest zijn. De samenleving zal dan voor een groot deel bestaan uit oudere mensen, vaak met een degeneratieve ziekte of met psychische kwetsbaarheden. Daar zijn we als samenleving niet klaar voor. Er is zelfs sprake een dubbele vergrijzing, waarmee ik bedoel dat die vergrijzing van de hele samenleving zich ook doorzet bij onze zorgverleners. Nu al is 1 op de 3 ouder dan 55 jaar. Dat betekent dat we over dit en 10 jaar een derde van de arbeidskrachten moeten vervangen, een potentieel dat er niet is. Woonzorgcentra kunnen vaak nu al geen nieuwe bewoners aanvaarden omdat ze geen medewerkers vinden.” 

Wat er dan moet gebeuren? Dat is een en-en-enverhaal, vindt Vlozo. “Ouderenzorg heeft haar imago wat tegen, terwijl het voor professionals bij ons net een mooie uitdaging kan zijn om te zorgen voor mensen die een levensverhaal met zich meedragen. We moeten ook meer de focus leggen op het feit dat de zorg in onze sector vrij comlex is. Bewoners hebben vaak verschillende ziektebeelden, waardoor de zorg voor hen vaak uitdagender is dan bijvoorbeeld in een ziekenhuis. Ten tweede is er nood aan meer flexibiliteit in personeelsnormeringen. We moeten naar een totale shift van wie wat mag doen, vertrekkend vanuit de competenties van medewerkers. Het adagium moet zijn: ‘bekwaam is bevoegd’. En ten derde moeten we met open blik kijken en durven innoveren. Voor bepaalde taken die nu eenmaal moeten gebeuren – ik denk aan het opmeten van de glycemie of het gewicht bijhouden – bestaan technologische oplossingen en is telemonitoring mogelijk. Automatisering en digitalisering vinden vandaag te weinig ingang door de stringente regelgeving rond verpleegkundige permanentie.” 

Om elke Vlaming een zorgcontinuüm te kunnen garanderen, is samenwerking tussen zorgspelers essentieel. “Alleen zijn in het systeem nu te veel ‘schotten’ ingebouwd. De drempels tussen verschillende vormen van wonen en zorg zouden moeten verdwijnen – zowel op het vlak van financiering en regelgeving als van organisatie. Richtinggevend zou de geest van buurtgerichte zorg moeten zijn, waarbij er zorgcampussen ontstaan die verweven zijn in de samenleving. Daarin moeten data en digitalisering een belangrijke rol spelen. Ook het principe van ‘levensloopbestendig wonen’ kan een deel van de oplossing zijn. We waren vroeger nogal gefocust op ‘zo lang mogelijk in de gezinswoning blijven’. Maar ik geloof in het principe van ‘move in time to age well in place’. Als mensen die ouder worden vroeger verhuizen naar een assistentiewoning, die al aangepast is en waar veel sociaal contacten mogelijk is, gaan ze maar veel later naar een woon-zorgcentrum, blijkt uit wetenschappelijk onderzoek.”

De ultieme droom van Johan is een warme maatschappij waarvan ouderen een volwaardig deel uitmaken. “Om dat te bereiken, moeten we ‘zorg’ en ‘wonen’ meer als een geheel bekijken. We zien al initiatieven ontstaan die daarop inspelen, maar het moet sneller gaan. Regelluwte en meer ondernemerschap kunnen daarvoor een hefboom zijn.”

Contactpersoon

Joke Van Driessche

Community Manager Voka Health Community

im u - vzw - exact
imu - vzw - slimstock
ING
Orange
Logo SD Worx