“Neusje van de zalm voor hygiënische voedselverwerking”
Voeding maken en verwerken gaat gepaard met processen die aan ultrastrenge regels gebonden zijn. De sector bekijkt elke verbetering inzake voedingshygiëne dan ook met argusogen. Met de licentie voor ViwateQ-oppervlaktebehandeling zet Sticomax een grote stap vooruit. De producent van machines voor de voedingsindustrie investeert voor elk van zijn 3 bedrijven (Stumaco, Intocon en Romonta) in een straalcabine die deze technologie aanbrengt.
Sticomax Holding op zich is heel jong – bijna één jaar – maar de 3 bedrijven die onder de groep ressorteren, verdienden in het verleden al hun sporen in de voedingsindustrie. “Sticomax is ontstaan uit de fusie van Stumaco en Intocon”, verduidelijkt CEO Lode De Boe. “Het in Staden gevestigde Stumaco ontwerpt en maakt machines voor diepvriesvoeding en de aardappelverwerkende industrie. Intocon, gelegen in Ieper, focust zich op de engineering en productie van machines voor bedrijven die kleinere volumes voeding maken. Het gaat dan bijvoorbeeld om industriële kaasmakerijen en bakkerijen, voor wie Intocon onder meer weeg-, transport- en verpakkingssystemen levert.”
Op 1 september van vorig jaar nam Sticomax het Nederlandse Romonta over. “Romonta richt zich op het design en de fabricage van machines voor verwerking van aardappelen en verse voeding. Waar Intocon en Stumaco vooral in de Europese markt actief zijn, gaan de constructies van Romonta wereldwijd, omdat het de systemen heel compact en dus kostengunstig transporteert. Romonta verhuisde recent naar Katwijk aan Zee, waar we een pand vonden dat uitermate geschikt is voor wat deze Nederlandse machinebouwer doet. Bovendien kunnen we er de capaciteit verdrievoudigen.”
De bedrijven van Sticomax zijn samen goed voor een omzet van een goede 30 miljoen euro en 120 eigen medewerkers, aangevuld met flexibele extra mensen voor montagewerk. Intocon, Stumaco en Romonta maken uitsluitend klantspecifieke machines in roestvast staal (inox).
Krachtige innovatie
Recent slaagde Sticomax erin de licentie voor de integratie van ViwateQ te verwerven. Die gepatenteerde technologie bestaat al een tijdje en is gaandeweg verder ontwikkeld. Het is een vooruitstrevende manier van oppervlaktebehandeling die een optimale gladheid garandeert. “De ontwerper van ViwateQ is erg zuinig met het verstrekken van licenties”, vervolgt Lode De Boe. “Dat komt door zijn diepe bezorgdheid over de kwalitatieve toepassing van ViwateQ. Eenmaal we het licht op groen kregen, kwam hij persoonlijk een heel gedetailleerde opleiding aan onze mensen geven. De eerste straalcabine is geïnstalleerd bij Romonta, waar we na maanden intensief proefdraaien het systeem helemaal in de vingers kregen. Intussen zijn we er ook bij Stumaco mee gestart en heel binnenkort is Intocon aan de beurt. We zullen elk specifiek onderdeel van een machine sowieso met ViwateQ behandelen.”
De grote kracht van ViwateQ is het vermijden van contaminanten in productieseries.
Lode De Boe
In een uitgebreid onderzoek over oppervlaktebehandelingstechnieken door TNO (Nederlandse organisatie voor toegepast natuurwetenschappelijk onderzoek) kwam ViwateQ overtuigend als beste oplossing naar voor. Ook in corrosietests op het lassen van RVS, kreeg de technologie een uitstekende score. “Dat komt vooral door die optimale oppervlaktestructuur”, verklaart Lode. “Daardoor is er nagenoeg geen hechting van om het even welk voedingsmiddel aan het oppervlak. Op die manier kunnen voedselverwerkende bedrijven langere batches draaien vooraleer ze moeten gaan reinigen. Bovendien gaat dat reinigen – en de daaropvolgende desinfectie – makkelijker en sneller.”
Bij Sticomax geloven ze dan ook rotsvast in het potentieel van ViwateQ. “Daarom gaan we zelfs geen standaard finishing meer aanbieden. Geïnteresseerde klanten lieten al weten hier absoluut in te willen investeren, vanuit de terechte overtuiging dat dit ook het vertrouwen bij hun eindklanten (grote retailconcerns, horeca,….) zal vergroten.”
Tegelijk mikt Sticomax met ViwateQ ook op andere sectoren. “De grote kracht van ViwateQ is het vermijden van contaminanten in productieseries. Dat is ook in de chemische industrie, de recyclage- en tabakssector een grote prioriteit. In die markten is het potentieel dus eveneens groot.” (BVC - Foto’s Kurt)
Extra medewerkers
Vermoedelijk zal de stijgende vraag er ook toe leiden dat de bedrijven meer medewerkers nodig hebben, maar dat nemen ze er graag bij. “We zijn altijd geïnteresseerd in enthousiaste mensen voor onze engineering, het atelier en de assemblage”, zegt Lode De Boe.