“Transformatiegolf voor 20 meest CO2-uitstotende fabrieken”
De ecologische voetafdruk verlagen is een gigantische uitdaging, zeker voor ondernemingen die in hun productieprocessen nog veel traditionele brandstoffen gebruiken. Dat belet Bekaert niet om die handschoen vol overtuiging op te nemen. De wereldwijd aanwezige fabrikant van staaldraadproducten rolde in 2021 met You Know Watt (YKW) een programma uit om in eerste instantie de 20 productie-units met de grootste CO2-uitstoot energie-efficiënter te laten functioneren. Taline Dekermenijan (Global Sustainability Program Manager) en Christof Deckmyn (Global Change Agent Energy) lichten de aanpak toe.
Het is Bekaert menens om alle interne processen op een duurzame manier aan te pakken. De producent van staaldraadartikelen wil tegen 2030 de CO2-emissie in scope 1 (eigen activiteiten) en scope 2 (afname van energie van derden) met 46,2% verlagen ten opzichte van 2019. Voor scope 3 (activiteiten door andere partijen in de waardeketen) is de ambitie tegen 2035 een verlaging van 19,7%, eveneens in vergelijking met 2019. Nog eens 15 jaar later, in 2050, wil de onderneming CO2-neutraal zijn. “Niet alle groene doelstellingen zijn gelinkt aan koolstofdioxide”, verklaart Taline Dekermenijan. “Tegen 2030 willen we dat de toevoer van ‘vers’ water in watergevoelige regio’s met 15% vermindert.” Het neemt niet weg dat energie-efficiëntie een cruciale pijler voor Bekaert is. “Voor elke ton geproduceerd product willen we tegen 2030 de energieconsumptie met 15% laten dalen. Die ambitie is niet gebaseerd op onze SBTi (Science Based Targets, een samenwerkingsverband tussen CDP, het United Nations Global Compact, het World Resources Institute en het World Wide Fund for Nature, nvdr), maar is 100% opgesteld voor wat we intern willen bereiken om uiteindelijk bij te dragen aan onze doelstellingen voor CO2-reductie.”
Aparte ‘plant’-strategie
Een eerste pijler binnen YKW is de transformatiegolf voor de 20 productievestigingen met de grootste ecologische voetafdruk. “Daarbij komt het er voor elke ‘plant’ op neer om een plan op te stellen dat toelaat om tot die 15% verlaging van de energieconsumptie op productieniveau te komen”, gaat Taline verder. “Zo’n plan is telkens gebaseerd op het creëren van bewustzijn, het monitoren van de energieconsumptiegegevens en het definiëren van zones voor energiereductie. Alle initiatieven worden gebundeld in een duidelijke roadmap voor de toekomst, met een budget om alle inspanningen te bekostigen.” Essentieel bij de uitstippeling van die strategie, is de sterke wisselwerking tussen het management en de operatoren. “Voor elk departement vinden er brainstormsessies plaats, waarbij we veel waarde hechten aan de ideeën van de operatoren: zij staan elke dag op de werkvloer, kennen de installaties het best en zijn dus uitstekend geplaatst om te weten waar er potentieel voor energiebesparing aanwezig is”, pikt Christof Deckmyn in.
Secundo bestaat het YKW-programma uit globale technische oplossingen voor verschillende productievestigingen. “De voorstellen daarvoor zijn geformuleerd door onze centrale engineering-afdeling. Vanuit hun expertise lanceren ze voorstellen voor het verbeteren van installaties, het werken met energiezuinigere motoren, optimalisaties op vlak van HVAC, warmterecuperatie, enzovoort.”
Voor elke ton geproduceerd product willen we tegen 2030 de energieconsumptie met 15% laten dalen.
Ten derde lanceerde Bekaert de ‘self starter kits’. “Dat zijn eenvoudige handleidingen waarin makkelijk te implementeren best practices staan opgelijst. De gids omvat onder meer een checklist waarin de verantwoordelijken van elke productie-unit een overzicht krijgen van mogelijke acties. Het is best mogelijk dat ze daar één of meerdere procedures al van uitvoeren, zoals het tijdig vervangen van filters van luchtcompressoren, optimalisatie van verwarming en/of koeling, het vermijden van lekken, noem maar op.”
Traject van 3 maanden
Wereldwijd telt Bekaert zowat 67 productievestigingen, waarbij de 20 met de grootste milieu-impact samen meer dan 80% van de CO2-uitstoot van de multinational vertegenwoordigen. “Het gaat vooral om landen als China en Indonesië, waar elektriciteit van het net een hoge emissiefactor heeft omdat er niet veel hernieuwbare energie aan het net wordt geleverd. Je ziet ook dat de lokale overheid van het stimuleren van groene energie nog geen prioriteit heeft gemaakt. Die trend komt nu wel geleidelijk op gang in China.”
De (hoofd)vestiging in Zwevegem behoort wel tot die top 20. “Daar hebben we de transformatiegolf eind februari van dit jaar opgestart”, gaat Taline verder. “We bereiden elke ‘wave’ erg grondig voor. Afhankelijk van de snelheid waarmee het lokale management wil implementeren, neemt zo’n transformatiegolf 6 tot 12 weken in beslag. Tijdens de opstart leggen we iedereen nog eens goed het YKW-programma uit, zodat het bewustzijn over de noodzaak ervan verder groeit. Vervolgens neemt een projectmanager, gesteund door de leiders van verschillende interne processen en de regionale change agent, de teugels in handen.”
Taline en Christof zien in elke vestiging vooral veel positieve reacties. “Zo zien we dat in Indonesië meer mensen met de fiets naar het werk komen. In Turkije kwam spontaan het voorstel om de verwarming die in de rokerszone is voorzien uit te rusten met een timer. Nog leuker is dat operatoren thuis door hun kinderen worden aangemaand om de verlichting alleen in te schakelen indien nodig.”
In 16 van de 20 vestigingen met de grootste impact is het transformatietraject al afgelopen en lopen er volop initiatieven om energie-efficiënter te werken. “Eenmaal de top 20 is afgewerkt, zetten we de inspanningen verder in de units waar de nood het hoogst is. Sommige fabrieken, waaronder de Tsjechische, willen daar niet op wachten. Ook zij kijken ernaar uit om de huidige situatie te monitoren en snel aan de slag te gaan om hun impact te verlagen.” (BVC - Foto Kurt)
Ook een duurzame energiestrategie opzetten voor jouw bedrijf? De masterclass strategische energietransitie omvat alle handvatten om de energietransitie binnen jouw onderneming structureel te ondersteunen, te versnellen en op lange termijn te verankeren. Het traject is een combinatie van inhoudelijke opleidingsmomenten, peer-topeerinteractie en individuele coaching van experten.
