“Groei is mijn belangrijkste drijfveer”
Het levenswerk van de 63-jarige Nico Van Bever is er een dat kan tellen. Met zijn groothandel Spuntini (Italiaans voor ‘tussendoortje’) bedient hij via een b2b-aanpak zowat heel België en ook meer en meer afnemers in Frankrijk. ‘Groeien en blijven groeien’ is zijn credo, en dat met een bijzondere aandacht voor synergieën. Het doel: het uitgebreide klantenbestand nog beter tot dienst zijn met een steeds uitgebreider aanbod van producten. 2 jaar geleden nam Spuntini in Waregem zijn intrek in de oude gebouwen van Osta Carpets, die een complete make-over ondergingen. Achter de CEO van het 100% familiebedrijf staan 330 mensen.
Naar verluidt bent u een mix van een atypische ondernemer en een selfmade man. Vertel eens.
“Ik had van heel jonge leeftijd al door dat ik een grote drive bezat om iets uit de grond te stampen. Mijn ouders waren geen ondernemers, maar in de brede familie liep het vol met ondernemers. Ik had al veel opgestoken als jobstudent bij een marktkramer en had al snel door dat ik in mijn job graag tussen de mensen wou blijven staan. Maar in die tijd mocht je maar zelfstandig worden op je 21ste. Ik ben met de goedkeuring van mijn ouders zelf naar het vredegerecht gestapt om sneller te kunnen starten. Ik ben gestart met de verkoop van snoepgoed op bijzondere events, zoals het muziekfestival Torhout-Werchter en jumpings. Het was in elk geval een originele formule, want niemand deed dat toen. Ik heb dat 8 jaar volgehouden en ben toen begonnen met één frituur in Waregem. Ik bouwde in enkele jaren tijd een netwerk van 7 frituren uit in verschillende steden in West- en Oost-Vlaanderen. Ik voelde wel altijd een lokroep naar iets meer. Ik had wat frustraties over mijn monopolistische leveranciers; daar wou ik een oplossing voor vinden.”
Zo is Spuntini ontstaan?
“Ja, het idee was om als tussenfiguur te fungeren tussen de leveranciers en de horecazaken, met een onestopshop-formule en een zeer uitgebreid gamma. Eerst voor mijn eigen 7 uitbatingen en later voor veel van mijn toenmalige conculega’s en toekomstige klanten. De markt is zeer trendgevoelig. Het is enorm intrigerend om altijd vinger aan de pols te houden en vooral ook om onze klanten te kunnen adviseren over wat er ‘hot’ is.”
Had u een uitgekiend businessplan uitgeschreven? Of ging u eerder af op uw buikgevoel?
“Ik denk geen van beide. Ik wilde gaan voor een bedrijf dat zou groeien, en dat middels een stappenplan, langzaam maar zeker. Expansie nastreven is een must, en dat is tot op vandaag nog altijd zo. Stilstaan is nooit aan mij besteed geweest. Mijn echtgenote Isolde heeft een groot aandeel in de sturende kracht van de eerste vestiging in Waregem.”
We zijn de voorbije jaren ook sterk gegroeid door overnames van andere groothandels, zowat 10 in totaal.
Hoe begin je aan zo’n verhaal op financieel vlak?
“Ook daar stap per stap, zonder al te veel kapitaal. Toegegeven: in de beginjaren voelt die financiële beperking aan als een belemmering. Tot de trein begint te bollen en er meer financiële daadkracht komt. Wij hebben altijd winsten opnieuw geïnvesteerd of gezorgd dat er voldoende reserves waren om onszelf van de nodige middelen te voorzien. Enkel voor de realisatie van overnames zijn we naar de bank gestapt.”
Hoe zou u Spuntini vandaag omschrijven?
“Wij zijn een totaalgroothandel van voedingsproducten. Wij kunnen alles leveren: van de houten vorkjes in uw favoriete frituur tot de specifieke kruiden gebruikt in sterrenzaken. Wij focussen ons vooral op de b2b-markt. In eigen land tellen we om en bij de 8.000 vaste klanten en er komen er nog dagelijks bij. Wij hebben de ambitie om tot in elk gaatje van ons land te kunnen leveren. Daar slagen we op heden bijna in met ons groot netwerk van vestigingen. Verder hebben we de voorbije jaren stap per stap ook Frankrijk veroverd, eerst het noorden maar nu steeds verder, tot in Zuid-Frankrijk toe. In Frankrijk hebben we, net zoals in België, diverse verdeelcentra in Valenciennes, Rijsel, Wattrelos en Lens. In Lens, waar de gronden en de energiefacturen beduidend goedkoper zijn dan in België, investeren we in een greenfield plant waarbij een verdriedubbeling van de huidige capaciteit mogelijk wordt. Door de stap te zetten naar de Franse markt, hebben we ook tal van nieuwe producten leren ontdekken. Vandaag is België goed voor 65% van onze omzet van 145 miljoen euro, Frankrijk voor de rest. We zijn de voorbije jaren ook sterk gegroeid door overnames van andere groothandels, zowat 10 in totaal.”
Welke criteria hanteert u voor overnames?
“Er moet in eerste instantie een gezonde basis zijn om op verder te bouwen. Een toevoeging aan ons assortiment of specifieke knowhow die onze klanten in de groep kan dienen is ook altijd een pluspunt. Er moeten hoofdzakelijk synergiemogelijkheden zijn met ons bestaand platform. Bij voorkeur is het een familiebedrijf, maar dat is geen conditio sine qua non. Eenmaal die parameters gunstig zijn, doen we een doorgedreven due diligence om de laatste puntjes op de i te zetten.”
Heeft uw succesrijke intrede op de Franse markt niet nog meer dromen losgemaakt, bijvoorbeeld om Nederland te veroveren?
“Laat ons zeggen dat dat op mijn to do-lijstje staat. Nu is het nog te vroeg. Elke markt is ook anders; je moet goed voorbereid zijn.”
We hadden het al over de afzetmarkt. Aan de andere kant zijn er de leveranciers van voedingsproducten. Hoe kan u die producten overtuigen om via u te passeren?
“Het gaat om een gemengd verhaal. Enerzijds stappen wij proactief naar hen toe. Anderzijds komen zij ook zelf aankloppen om hun producten te vermarkten. We bieden meer dan alleen maar A-merken aan. Ik zie zelfs een trend om meer en meer te werken met private labels. Voor de distributie is dat omwille van de prijs interessanter, en dat geldt ook voor ons.”
Ik vraag me al de hele tijd af: is Spuntini nu een distributiebedrijf dan wel een logistiek bedrijf?
“Ik zou ons in de eerste plaats een commercieel bedrijf willen noemen dat van snel, betrouwbaar en flexibel leveren zijn handelsmerk heeft gemaakt. Met die aanpak zijn we groot geworden. Maar natuurlijk speelt logistiek ook een belangrijke rol in ons verhaal. Denk aan de opslag- en verdeelplaatsen maar ook aan de circa 100 bestelwagens die elke dag de weg op gaan.”
Hoe verhoudt Spuntini zich in eigen land ten opzichte van de concurrenten?
“In alle eerlijkheid en bescheidenheid: wij zijn één van de grootste van de sector met het grootste aantal roterende producten.”
Het kan allicht moeilijk anders of er moet nog een consolidatie volgen.
(voorzichtig, tuurt door het raam): “Dat zou best wel eens kunnen, ja. Nu is iedereen nog ‘zoekende’. Als zo’n consolidatie er komt, dan nemen wij wellicht de lead. Ik zou dat trouwens niet alleen doen omdat ik een believer ben van groei, maar ook om de toekomst van mijn personeel en mijn inmiddels meewerkende kinderen te waarborgen.”
Overweegt u eventueel om private equity aan te trekken, zodat u sneller kan schakelen naar een volgende fase?
“Voorlopig is dat niet aan de orde en voel ik ook geen behoefte om dat te doen. De honger en de ambitie zijn groot genoeg om zelf nog aan het roer te staan. Ik luister wel eens als ik vragen krijg van geïnteresseerden. Daar waren in het verleden ook wereldspelers bij. Ik moet ieder voorstel wikken en wegen, maar op heden ben ik nog niet voldoende getriggerd om daar verdere stappen in te ondernemen. En ik ben op dit moment liever zelf de baas in mijn eigen huis. Blijkbaar willen mijn medewerkers dat ook. Recent kreeg ik een mooie pen waarin een tekst stond gegraveerd. Daar stond te lezen: ‘Nico voor altijd onze baas’, getekend Team Spuntini.”
Kan u in zo’n groeiverhaal nog alles zelf sturen en aansturen?
“We zijn een matrixstructuur aan het uitrollen om de vestigingen optimaal te ondersteunen met onze corporate diensten. Daarbij kan ik een beroep doen op mijn directieteam, managers en het voltallige personeel. Zonder goede mensen kan je geen bedrijf runnen. Bovendien zijn we een diepgaande digitalisering aan het implementeren om aan de behoeften van de markt te kunnen voldoen. We merken dat we de evoluties in de wereld – vooral op het vlak van technologie – nauwlettend in de gaten moeten houden. Zelfs AI springt daarbij in het oog.”
Het doet mij plezier dat mijn kinderen dezelfde ambities delen en ook vooruit willen.
In u schuilt een geboren maar ook nuchtere ondernemer, zoveel is wel zeker. Wat zijn uw credo’s als ondernemer?
“Eén: je moet in jezelf geloven zonder dom te doen. Ten tweede: je moet altijd en opnieuw durven springen, ook al weet je niet altijd goed waar je zal landen. Ten derde: probeer zoveel mogelijk winsten te herinvesteren. En tot slot: laat je niet van de wijs brengen als het eens wat minder gaat. Tijdens corona was het spreekwoord hier: ‘geen paniek’.”
Uw zoon en dochter hebben inmiddels ook hun opwachting gemaakt in het bedrijf. Is dat voor u de invulling van een droom?
“Dat is plezant ja, gezien mijn leeftijd. Het doet mij plezier dat ze met mij dezelfde ambities delen en ook vooruit willen. Ik probeer ze in deze fase bij zoveel mogelijk zaken te betrekken. Dat moet zo, denk ik. Een familiecharter lijkt mij een noodzaak, en daarom wordt er nu ook werk van gemaakt. Ik heb een goede band met mijn kinderen. We hebben duidelijke afspraken gemaakt waar ik naar toe wil. We hebben wekelijks een familieraad, waar veel informatie wordt verstrekt.”
Leeft een ondernemer om te werken of werkt een ondernemer om te leven?
“Ik werk veel om goed te leven, maar ik ben niet de man die 7/7 dagen en 24/24 uur in de weer is. Dat kan niet gezond zijn, toch? Elke ondernemer heeft balans nodig in zijn leven, dat is mijn diepste overtuiging. Ik ken wel een aantal mensen die zo hard werken dat ze vroegtijdig uitgeblust zijn. Dat heb ik nooit gewild.”
Denkt u soms aan stoppen?
“Dat ook weer niet. Het is jammer dat er nog steeds geen verjongingskuren mogelijk zijn, want ik heb nog altijd dezelfde honger die ik had als een prille dertiger. Als ik thuis kom van het werk, dan voel ik altijd een intens geluk.”
U houdt van fietsen in uw vrije tijd. Ziet u parallellen met ondernemen?
“Ongetwijfeld. Van de beide activiteiten wordt een mens danig gelukkig. In beide gevallen moet je ook eerst leren afzien. Starten is ook altijd het moeilijkste, maar in de 2 gevallen voelt het eindresultaat altijd goed aan.” (Karel Cambien - Foto’s Stefaan Achtergael)
Nico Van Bever
gelooft sterk in de kracht van netwerken. “In Waregem kennen veel ondernemers elkaar en dat voelt goed aan. Ik beschouw dat zelfs als een rijkdom. In een informele context kan je ook eens goed raad vragen aan collega-ondernemers.”