Hoe verenig je Europese kwaliteitsstandaarden met de Afrikaanse manier van werken? Bij Callens African Woods weten ze dat het antwoord op die vraag niet zo eenvoudig is. Het familiebedrijf bestaat circa 100 jaar en beschikt naast de hoofdzetel in Rekkem ook over een productie-unit in hartje Kameroen, waar 179 mensen aan de slag zijn. “Afrikaans hout is hier omwille van het duurzaamheids- en decoratiegehalte erg gegeerd”, weten CEO Joris Verhaeghe en marketingverantwoordelijke Sam Maelfait.
Callens African Woods is al 3 generaties in handen van de familie Maelfait. Christian en later zoon Thierry Maelfait bouwden het bedrijf uit tot veel meer dan een pure houthandel. Met Sam Maelfait, dochter van Thierry, is de continuïteit alweer verzekerd: zij trad circa 3 jaar geleden toe tot het bedrijf en leert er alle facetten van kennen. “Voor mij is het de normaalste zaak van de wereld om dit te doen”, lacht ze. “Ik ben erin opgegroeid; veel arbeiders werken hier al zo lang dat ze me al sinds mijn geboorte kennen. Voor mij zijn zij ook een stukje familie.”
Minder afval verschepen
Sam maakte als ukkie de verhuis van Izegem naar Rekkem in 2008 mee. Toen al was er een sterke link met Afrika. “Eén van de verkopers van mijn grootvader had een kennis in Afrika. Door slim op opportuniteiten in te spelen, zijn we daar mettertijd stevig organisch gegroeid. Dat heeft ongeveer een jaar geleden geleid tot de opening van een productie-unit in Kameroen. Het heeft behoorlijk wat voeten in de aarde gehad om die te bouwen en op te starten, maar het draait steeds beter.”
Daardoor hoeft het bedrijf niet louter ruw hout te importeren, maar kunnen er in Afrika al bepaalde handelingen gebeuren. “We kunnen het hout daar al opwaarderen tot een halffabricaat of een afgewerkt product”, pikt CEO Joris Verhaeghe in. “Door daar te sorteren, verschepen we ook veel minder afval en bevorderen we de lokale werkgelegenheid. Medewerkers vinden is er makkelijk, want er is weinig werk in die streek. Helaas gaat het meestal niet om geschoolde krachten, waardoor we dus zelf veel opleiding moeten voorzien. In Douala, de economische hoofdstad, ligt de scholingsgraad een stuk hoger, maar toch hebben we ervoor gekozen om onze fabriek te positioneren in Yaoundé, dat 300 kilometer verder ligt.”
De meeste arbeidskrachten zijn er onvoldoende geschoold.
Die keuze heeft alles te maken met het klimaat. “Yaoundé ligt 600 meter boven de zeespiegel, waardoor het klimaat mild is en de luchtvochtigheid aanzienlijk lager. Daardoor zijn de arbeidsomstandigheden een stuk gunstiger. De grootste uitdaging van onze productie daar is het handhaven van Europese kwaliteitsstandaarden. We werken er uitsluitend met machines van Europese makelij en dringen erop aan die goed te onderhouden en alleen met originele wisselstukken herstellingen uit te voeren. Alleen: als je de doorsnee Kameroener laat doen, zou die alles op een creatievere, maar niet noodzakelijk professionele manier oplossen. De aansturing door 4 expats is daarom absoluut nodig.”
Eén van de verkopers van mijn grootvader had een kennis in Afrika. Door slim op opportuniteiten in te spelen, zijn we daar mettertijd stevig organisch gegroeid.
Sam Maelfait
Gevelbekleding
Callens African Woods koopt ook hout aan in Ivoorkust, Ghana, Gabon en Congo Brazzaville. “Elk land heeft zijn eigen regels en grenscontroles. Dat zorgt soms wel eens voor vreemde toestanden. Cruciaal is de herkomst van het hout. Dat moet voldoen aan de vereisten uit de EUDR-verordening voor ontbossingsvrije producten. Die wetgeving treedt door een jaar uitstel pas eind 2025 in werking, maar we zijn er nu al volledig op voorbereid.”
Thermisch gemodificeerd hout wordt almaar populairder als materiaal voor gevelbekleding. “De CO2-uitstoot ervan ligt lager dan die van baksteen en beton. Zeker in Nederland zijn ze daar extra gevoelig voor. Klanten bij onze noorderburen vertegenwoordigen zowat 35% van onze omzet. België is goed voor 50%, Frankrijk voor 10%. De overige 5% komt van inspelen op opportuniteiten in andere Europese landen. We hebben recent een extra vertegenwoordiger voor Frankrijk aangeworven en willen ook in Nederland nog verder groeien”, besluit Sam Maelfait.
Ook investeringen in Rekkem
Intussen blijft Callens African Woods ook in Rekkem fors investeren. “We beschikken hier over een oppervlakte van 4 hectare, die we hoofdzakelijk benutten voor opslag. De voorbije jaren hebben we ook hier fors geïnvesteerd in de modernisering van het machinepark. Zo zijn er schaafmachines en 2 ovens voor thermische modificatie bijgekomen. Door het hout op te warmen tot een temperatuur van 210 °C, verhoogt de duurzaamheid en is het ook geschikt voor outdoor-toepassingen.”
