Vlaanderen kent een stijgend aantal starters. In 2020 werden meer dan 65.000 eenmanszaken en vennootschappen opgericht, nota bene midden in de zwaarste economische crisis sinds de oorlogsjaren 1914 en 1945. Ondanks dat groeiend aantal starters kent Vlaanderen een aantal pijnpunten. Zo ligt bij de technologische starters en groeiers onze ambitie niet hoog genoeg. Om hen nog meer rugwind te geven, start Voka Oost-Vlaanderen de missie het 'Ministerie van Rimpelloze Zaken’.
Het volledige manifest is hier te lezen.
Met meer dan 65.000 starters in 2020 is het niet al kommer en kwel in Vlaanderen wat jonge ondernemingen betreft. Het is een trend die we verder moeten aanwakkeren, want onder hen kunnen er zomaar nieuwe, internationale sterkmakers groeien. Misschien zit er wel een toekomstige unicorn bij, de selecte club ondernemingen met een marktwaarde van 1 miljard dollar. Al is die kans klein in ons land. Té veel hindernissen en té weinig starters met grote ambitie.
Met de missie het 'Ministerie van Rimpelloze Zaken’ wil Voka Oost-Vlaanderen extra aandacht vragen van het beleid voor deze groep jonge ondernemingen. Een beetje extra rugwind, iets minder drempels en een persoonlijkheid die het ambitieniveau in binnen- en buitenland uitdraagt: dat zijn de uitdagingen.
De missie van Jong Voka en het team Belangenbehartiging van Voka Oost-Vlaanderen begon met een brede captatiefase om via de wisdom of crowds tot een aantal conclusies te komen. We bevroegen tientallen ondernemers over hun ervaringen, van prille starters tot doorgewinterde serie-ondernemers. Van kleine ondernemingen met veel goesting tot scale-ups die hun internationale ambitie proberen vorm te geven. Uit al die gesprekken konden we drie grote domeinen identificeren die extra aandacht verdienen omdat daar drempels liggen die we best wegwerken of waar nog veel winst te boeken valt.
De drie deeldomeinen zijn:
- Start-upbeleid en internationaal imago van onze regio
- Arbeidsmarkt en onderwijs
- Financiering en fiscaliteit
“Als starters groeien en floreren, zullen we daar op termijn allemaal wel bij varen”
Start-upbeleid en internationaal imago
De ambitie binnen dit luik is om de aandacht van het beleid onverdeeld op start- en scale-ups te richten om een topregio te worden en alle troeven van Vlaanderen optimaal te benutten. Denk aan aanbestedingen door de overheid die start-ups een duwtje in de rug kunnen geven, ook als die nog geen adelbrieven kunnen voorleggen. Of denk aan de internationale diplomatie inzetten om jonge ondernemingen aan een afzetmarkt te helpen. Vaak zijn dit ingrijpende acties waar een beetje hulp vaak het verschil maakt. Maar ook een proactieve benadering rond administratieve lasten en een digitale overheid passen in dit kader.
Arbeidsmarkt
We willen dat jonge ondernemingen jobs creëren. Het aanwerven, bijhouden (en soms afdanken) van werknemers is echter een ingewikkelde zaak. De regelgeving moet daarom fors vereenvoudigd worden en toegankelijker gemaakt worden. Als talent in ons land niet voorhanden is – bijvoorbeeld voor specifieke IT-profielen – dan moet buitenlands talent veel eenvoudiger aan boord gehaald kunnen worden. De procedures kunnen korter, eenvoudiger en voorspelbaarder. Hiervan zijn goede voorbeelden te vinden, ook in Europa.
Financiering en fiscaliteit
De toegang tot kapitaal is vaak cruciaal om te groeien en het ambitieniveau hoog te houden. Vaak moet men dit in het buitenland zoeken, terwijl we er baat bij hebben om die bedrijven zo veel mogelijk hier te verankeren. Het aantrekken van kapitaal zou dus nog verder gestimuleerd moeten worden. Ook fiscaal kan er nog gesleuteld worden, zo zijn de lasten op arbeid in ons land torenhoog, iets wat al snel een rem vormt op snelgroeiende ondernemingen. Ten slotte: als innovatieve starters recht hebben op subsidies, dan zouden die trajecten nog eenvoudiger mogen.
Conclusie: iedereen wordt er beter van
Op elk van deze deeldomeinen gebeuren al heel wat goede zaken, onder meer vanuit de Vlaamse overheid. Het doel van de missie is om de aandacht van de beleidsmakers te trekken en de nog bestaande drempels zo veel mogelijk weg te nemen. Liefst wordt die aandacht verpersoonlijkt door een figuur die zich het lot van de jonge ondernemingen aantrekt en die hoge ambitie uitdraagt, zoals Prins Constantijn in Nederland.
De bestaande drempels gelden natuurlijk niet enkel voor jonge ondernemingen. Idealiter kunnen zo veel mogelijk belemmeringen weggenomen worden voor alle bedrijven in Vlaanderen. Het is wel zo dat startende bedrijven die drempels nog veel zwaarder voelen dan mature bedrijven. Daarom is een duwtje in de rug soms nodig en daar zullen we op termijn allemaal wel bij varen.
De grootse hindernissen voor starters in ons land
bron: Global Competitiveness Ranking WEF, plaats op 140 landen
- Aanwervings- en ontslagprocedure: plaats 115
- Houding tegenover ondernemingsrisico: plaats 97
- Last van regulering: plaats 94
- Kosten van opstart: plaats 63
- Verstorende impact belastingen en subsidies: plaats 52
- Toegang tot risicokapitaal: plaats 31
Ondanks het stijgend aantal starters van de jongste jaren, bengelen we al lang onderaan de ranking als het gaat over geboorteratio van nieuwe ondernemingen.