We roepen de nieuwe ministers op om snel aan het werk te gaan en het regeerakkoord om te buigen in concrete beleidsplannen.
We verwelkomen de nieuwe Vlaamse regeringsploeg en reiken in naam van 18.000 Vlaamse ondernemingen de hand om samen te werken aan een welvarend Vlaanderen. De regering van minister-president Matthias Diependaele legt juiste accenten: industrie wordt een volwaardige bevoegdheid van de minister-president en de departementen werk en onderwijs komen bij één minister terecht.
We merken wel op dat de tekst van het regeerakkoord in de domeinen werk en economie soms vaag is en weinig concrete maatregelen bevat. Bovendien is het nog onduidelijk waar precies zal worden bespaard in deze domeinen.
Concrete beleidsplannen
We roepen de minister-president en de vakministers dan ook op om snel aan het werk te gaan om de algemeenheid van het regeerakkoord om te buigen in concrete beleidsplannen waar ook de nodige middelen tegenover worden geplaatst. Het regeerakkoord bevat de juiste aanzetten, maar die zijn vaak nog niet uitgewerkt. Voka wil samen met de Vlaamse ondernemingen en de Vlaamse regering de kaart trekken van de industrie en de economie, zoals de minister-president het in zijn regeerverklaring aangaf.
Na een eerste analyse van het Vlaamse regeerakkoord en politieke verklaringen stellen we vast dat er bespaard wordt op het belangrijke departement werk. De doelgroepkortingen – loonkostenvermindering voor specifieke groepen kwetsbare werknemers – worden afgebouwd. En ook de Vlaamse jobbonus – die nog maar pas werd ingevoerd in de vorige Vlaamse regering – zou op termijn verdwijnen. De budgetten die door deze besparingen vrijkomen, worden evenwel niet ingezet om de arbeidsmarkt dynamischer en toekomstgericht te maken. Dat is een gemiste kans. Voka verwacht een structurele investering in opleiding en levenslang leren. Een echt opleidingsoffensief blijft uit.
Innovatie en industrie
De Vlaamse regering erkent in het regeerakkoord het belang van onderzoek & ontwikkeling voor onze kennisgedreven Vlaamse economie. Ze maakt extra middelen vrij voor innovatie. De Vlaamse overheid heeft zich tot doel gesteld om het aandeel publieke investeringen in innovatie op te trekken richting 1% van het bbp.
Het groeipad dat nu is uitgetekend, volstaat volgens Voka echter niet om de 1%-norm te halen tegen 2029.Om onze positie te versterken als innovatieleider zullen we die 1 procent nodig hebben om onze speerpuntbedrijven te ondersteunen en de digitale en duurzame transitie te realiseren. Bovendien is deze overheidssteun een hefboom om ook de private investeringen in O&O aan te wakkeren. Momenteel investeren onze ondernemingen 2,7% van het bbp in innovatie.
In het regeerakkoord wordt een beleid uitgetekend dat industriële ondernemingen in Vlaanderen wil verankeren. Een robuust en rechtszeker vergunningenbeleid speelt in die ambitie een cruciale rol. De Vlaamse regering erkent dit, maar de concrete hervormingsplannen moeten nog worden uitgewerkt door een expertencommissie. Het huidige stikstofbeleid wordt onverminderd voortgezet in afwachting van een nieuwe aanpak na 2030. Rond waterbeleid zal de Vlaamse regering bij de Europese Commissie een aanpak op maat bepleiten om ook daar een vergunningenstop te vermijden. Het zijn goede plannen die op zeer korte termijn in beslissingen moeten omgezet worden.
De industriële transitie wordt aangemoedigd met een nieuw financieringsinstrument gebaseerd op het principe van ‘contracts for difference’. Ook hier is het nog niet duidelijk wanneer het instrument er komt en hoeveel middelen de nieuwe regering hieraan zal besteden. We vinden het belangrijk dat de Vlaamse regering het principe van ‘no goldplating’ herbevestigt en de engagementen voor de indirecte emissiecompensatie, een belangrijke competitiviteitsmaatregel voor energie-intensieve bedrijven, worden verdergezet. Ook is er meer ambitie om vanuit Vlaanderen zwaarder te wegen op de Europese agenda. Dit biedt kansen omdat de nieuwe Europese Commissie van herindustrialisering een topprioriteit maakt.
Voka juicht toe dat de Vlaamse regering een prioriteit maakt van minder administratieve regeldruk. Ook voorgaande regeringen uitten die ambitie, weliswaar zonder het probleem structureel aan te pakken. We hopen dat deze regering op dat vlak meer daadkracht toont en echt een beleid voert om de regulitis voor onze bedrijven aan te pakken.
Ministerportefeuilles
De verdeling van de Vlaamse ministerportefeuilles biedt nieuwe perspectieven. Industrie wordt voor de eerste keer expliciet vermeld als een nieuwe bevoegdheid. Voka heeft daar herhaaldelijk toe opgeroepen. De Vlaamse regering erkent met deze bevoegdheid het belang van industriële ondernemingen als motor van de rest van de economie. Het is bovendien een sterk signaal dat het industriebeleid wordt toegewezen aan de minister-president, die daarbij ook de bevoegdheden economie, innovatie en buitenlands beleid combineert.
De koppeling tussen de departementen onderwijs en werk maakt dwarsverbanden mogelijk tussen onderwijsinstellingen en ondernemingen. Een betere afstemming van het onderwijsaanbod op de noden van de arbeidsmarkt is wenselijk. Door de koppeling van onderwijs en werk kunnen duaal leren en levenslang leren beter en sneller ontwikkeld worden.
Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder Voka