Overslaan en naar de inhoud gaan
  • 12/09/2023

Al 45 jaar lang kan je voor alles van huis, tuin en dier terecht bij Intratuin in Lievegem. Sinds dit jaar draait ook de derde generatie mee waardoor de toekomst verzekerd lijkt. “Door regelgeving en gebrek aan continuïteit zie ik nog elk jaar tuincentra verdwijnen, terwijl onze rol cruciaal is om meer biodiversiteit te krijgen in de Vlaamse tuin.”  

Familie Van Hulle
Drie generaties groene vingers: Evi, Peter en Johan Van Hulle
Tekst Laurens Fagard – Foto Nathalie Dolmans

Nog voor België goed en wel het levenslicht zag als gloednieuwe natie in Europa, was de familie Van Hulle al gekend voor zijn groene vingers. Documenten uit de vroege 18de eeuw tonen aan dat de eerste voorvader zijn brood verdiende met de kerstboom- en populierenkweek rond het klooster van Beernem. In 1765 plant Bernardus Van Hulle het eerste commerciële zaadje en richt een boomkwekerij op. De generaties die na hem volgen, treden allemaal in de voetsporen. De ene als boomkweker, de andere als verdeler van sierplanten. 

“Er zijn weinig zekerheden in het leven, maar de kans dat je de naam Van Hulle draagt en in het groen belandt, is vrij groot”, lacht Johan Van Hulle. “Het gezin van mijn grootouders is daar het levende bewijs van. Ze waren met 10 kinderen die het allemaal tot boomkweker geschopt hebben. De ene deed in bosplanten, de andere in sierplanten. Ik startte mijn carrière hier niet ver vandaan, bij boomkwekerij Sylva in Waarschoot. Toen mijn echtgenote in 1978 het onderwijs achter zich liet, stampten we in Lievegem Tuincentrum Van Hulle uit de grond (aanvankelijk nog Tuincentrum J&J, van Johan & Jacqueline, red.).” 

“In het begin kende Jacqueline het verschil nog niet eens tussen een appel- en een sierboom”, aldus Johan. “Maar gaandeweg raakte ze verknocht. Nu kent ze de planten beter dan ik. Ze werd de drijvende kracht en met een twee à drietal medewerkers was onze trein vertrokken.” 

Kranige tachtigers

Halfweg de jaren negentig treedt Johans en Jacquelines zoon Peter op de voorgrond. “Ik had mijn studies als landbouwkundig ingenieur afgerond in Gent en via Erasmus kwam ik terecht in het Verenigd Koninkrijk. Daar zag ik dat de Engelse tuincentra goed draaiden. Na een periode van zes maanden in Spanje trokken mijn vrouw en ik terug naar België. Het tuincentrum floreerde zodanig dat mijn ouders handen te kort hadden. Ik stroopte meteen de mouwen op om mee te helpen en vrij snel nadien nam ik het bedrijf over. Na haar studies werd mijn echtgenote ook actief in de zaak. In 2002 stopte mijn vader bij Sylva om zich volledig toe te leggen op het tuincentrum. Vandaag staat hij samen met mijn moeder als vlijtige tachtigers nog elke dag de klanten bij.” 

(lees verder onder de quote)

In België is de oppervlakte aan tuinen bijna even groot als onze natuurgebieden"

Peter Van Hulle

Toen Peter zaakvoerder werd, werden de pijlen nog meer gericht op de particuliere verkoop. Het tuincentrum onderging een forse verbouwing en net voor de eeuwwisseling diende zich een kans aan met toekomstperspectief. “Intratuin kwam op de proppen en mijn echtgenote en ik besloten om ons aan te sluiten bij die formule. Het is een coöperatieve die actief is in Nederland, België en Duitsland. De tuingroep wil de winkels versterken door onderling ervaringen uit te wisselen en de marketingkosten te delen. Met gebundelde krachten kan je de klant immers veel beter informeren en bereiken. Dat extra duwtje in de rug is voor tuincentra zeker geen overbodige luxe”, aldus Peter. 

De ontzorging van Intratuin stelde Peter in staat om flink te groeien. “We namen twee tuincentra in Maldegem en Zwevegem over. Samen met de winkel in Lievegem baten mijn vrouw en ik als enige drie Intratuin-winkels uit in België. Ter vergelijking: Duitsland heeft 11 Intratuin-centra en Nederland is de absolute slokop met 56 winkels. Ik geloof enorm in consolidatie om de kosten onder controle te krijgen. Met België als kleine markt kan je enkel op die manier concurrentieel iets betekenen. En zelfs als je een eigen servicekantoor wilt, vind je niet langer gekwalificeerde mensen. De arbeidsmarkt staat nu al in brand.” 

Dat de naam Van Hulle al enkele jaren niet meer op de gevel te zien is en misschien zachtjesaan dreigt te verdwijnen uit het collectieve geheugen, doet Peter niet treuren. “Het is logisch dat je fier bent op je eigen naam, maar dat mag niet ten koste gaan van je bedrijfsvoering. En dat is bij Belgische vestigingen nog vaak het geval. Elk jaar zie ik nog rendabele tuincentra verdwijnen. Dat is hoofdzakelijk te wijten aan vergunningen die niet afgeleverd worden waardoor er geen rechtszekerheid is. De knowhow die daarbij verloren gaat, is ongelooflijk jammer. Want ik vrees dat de jeugd niet staat te springen om de tuincentra over te nemen.” 

Groentje in het groen 

Ondanks Peter zijn bezorgheden over continuïteit in de sector, komt in de familie de jongste telg wél de neus aan het venster steken. Begin dit jaar besliste dochter Evi om Peter en Johan achterna te gaan. “Ik ben letterlijk tussen de planten opgegroeid, want vroeger woonden we boven het tuincentrum. En vakantiewerk deed ik elke zomermaanden hier. Na mijn studies werkte ik even voor een bedrijf in de media. Toen hier een vacature vrijkwam voor marketing, twijfelde ik geen seconde. Uiteraard moet ik mijn draai hier nog wat vinden, maar ik word overal goed opgevangen”, vertelt Evi. 

Evi is vooralsnog de enige van Peter zijn kinderen die in het familiebedrijf stapt. “De kans is bijzonder klein dat mijn twee andere dochters Evi zullen volgen. Daarvoor zijn ze te gepassioneerd bezig met hun eigen ding. Als ze zich bedenken, ga ik ze wel zeker niet tegenhouden”, lacht Peter. “Ik ben nu 55 en kan nog wel enkele jaren mee, maar denken aan de volgende stappen kan geen kwaad. Een overname neemt wel wat tijd in beslag en we willen alles zo goed mogelijk voorbereiden.” 

"Elk jaar houden mijn echtgenote en ik samen met onze drie dochters een algemene jaarvergadering. Die doen we bewust op een andere locatie. We betrekken onze dochters, ook al is dat soms nog een ver-van-mijn-bedshow voor hen. Samen met mensen van het managementteam tekenen we dan de krijtlijnen uit voor de toekomst. We nodigen ook een externe adviseur uit die technische of financiële constructies in klare taal uitlegt. Dat is nodig als je met je boekhouder of bankier wil kunnen meepraten.” Evi treedt haar vader snel bij. “Op de schoolbanken word je daar nog te weinig op voorbereid. Vroeg of laat kom je daar toch in aanraking mee. Als je alles en court de route moet leren, is het wel een heel lang proces.” 

(lees verder onder de foto)

Foto Van Hulle

“Ik volg nu via Voka het Plato-traject Next Generation, specifiek voor familiale ondernemers die zich voorbereiden op de overname van hun familiebedrijf. In tien sessies krijg je handvaten die je sterker maken als ondernemer. Maar ik vind het vooral interessant dat alle deelnemers hetzelfde toekomstscenario tegemoet gaan en we onze uitdagingen met elkaar kunnen delen. Mijn vader stond erop dat ik me inschreef, terwijl ik eerst twijfelde”, geeft Evi toe. “Zo’n netwerk had ik zelf goed kunnen gebruiken zoveel jaar geleden”, vult Peter aan. “Door dat traject leert Evi geleidelijk aan bij. Accelereren zonder te bruuskeren heet dat dan.”  

Vlinders lokken 

Johan en Jacqueline legden de grondvesten, Peter bouwde erop verder en ook Evi heeft na de eerste maanden al een idee welke klemtonen ze zal leggen. “We moeten nog meer naar de consument luisteren en wendbaar zijn om mee te surfen op hun noden. Af en toe organiseren we al kleine evenementen omdat we van Intratuin méér willen maken dan enkel een winkel. Geen gemakkelijke opdracht, want alles is continu in beweging.” 

Peter ziet nu en in de toekomst een belangrijke rol voor tuincentra weggelegd. “Duurzaamheid en inzetten op biodiversiteit zullen onmisbaar zijn de komende jaren. In België is de oppervlakte aan tuinen bijna even groot als onze natuurgebieden. Als je dan als consument meer biodiversiteit in je tuin aanbrengt, komt dat de algemene natuurwaarde enkel ten goede. Maar wij moeten wel onze rol vervullen om iedereen daarin te begeleiden en de juiste informatie te ontsluiten. Zo creëerden we bijvoorbeeld een hoekje met vlinder- en bijenlokkende planten.” 

Hoewel overheden de voorbije jaren al flink wat campagne rond biodiversiteit voerden, ziet Peter dat het tuincentrum de ultieme partner is om de vertaalslag te maken naar de klant. Toch doet het hem op twee gedachten hinken. “Enerzijds stimuleert de overheid burgers om zoveel mogelijk te ontharden en kort gemaaide grasvelden om te toveren tot kleurrijke bloemenweides, maar anderzijds zijn ze ook een rem als we willen uitbreiden. Die contradictie werkt verstikkend waardoor logischerwijs meer tuincentra de handdoek in de ring gooien.” 

Consolidatie 

Hoewel het soms kriebelt om andere tuincentra over te nemen en nog meer impact te hebben, willen mijn vrouw en ik voorlopig toch enkel de pijlen richten op de huidige drie zaken. “Je moet het werk organisatorisch nog altijd rond krijgen. Hoe dan ook is op lange termijn een consolidatie in België nodig. Of Evi dan opgaat in een grotere groep of misschien zelf winkels overneemt, zal de tijd wel uitwijzen. Ik zie vooral dat de toekomst in goede handen is. Ze heeft een ongelooflijk doorzettingsvermogen en leert ontzettend snel bij. De groene vingers sijpelen verder door in onze stamboom”, besluit Peter. 

Meer weten over ons aanbod voor familiebedrijven?

This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.

Bekijk zeker ook volgende lerende netwerken

Contactpersoon

Julie Deberlanger

Groeitrajecten - Opleidingen

Artikel uit publicatie