Mario Draghi presenteerde deze week een lijvige reeks beleidsaanbevelingen voor de concurrentiekracht in Europa.
Het meest geanticipeerde rapport op Europees niveau verscheen deze week, dat van voormalig ECB-topman en oud-premier van Italië Mario Draghi. Het onderwerp? De concurrentiekracht van Europa. De inhoud? Talloze beleidsaanbevelingen voor de nieuwe Europese Commissie.
In lijn met ons Europees memorandum steunen we volop de push voor een ware competitiviteitsagenda én een waar Europees, industrieel beleid. Voor Vlaanderen springen volgende zaken in het oog.
1. Bedrijfsleven is cruciaal voor decarbonisatie
Het is cruciaal dat Mario Draghi heeft scherp gesteld dat de transitie naar een klimaatneutrale economie een grote kans biedt voor de Europese industrie, maar tegelijkertijd ook aanzienlijke risico's met zich meebrengt als het beleid niet snel en doortastend wordt aangepast. De hoge energieprijzen bijvoorbeeld, waarmee Europese bedrijven momenteel te maken hebben, zijn een grote handicap in vergelijking met de VS. Vlaanderen, dat sterk vertegenwoordigd is in energie-intensieve sectoren zoals chemie en staal, voelt dit direct in haar concurrentiekracht.
Dit is een noodzakelijke erkenning, want te lang is ervan uit gegaan dat het bedrijfsleven wel zou volgen, met de industriële malaise die we in Vlaanderen vandaag zien tot gevolg. De focus (houden) op decarbonisatie is noodzakelijk, maar het moet op een manier gebeuren die het concurrentievermogen van onze industrie ondersteunt. Voka pleit daarom voor een realistische benadering van de klimaatdoelstellingen.
We juichen het daarom ook toe dat het rapport oproept om alle beschikbare oplossingen te benutten, van kernenergie tot koolstofopvang en -opslag. Deze technologieën zijn cruciaal om de klimaatdoelstellingen te halen, zonder dat dit ten koste gaat van het concurrentievermogen van onze bedrijven.
2. EU-financiering: een radicale hervorming van het EU-budget is noodzakelijk
Het Draghi-rapport benadrukt dat Europa jaarlijks 750-800 miljard euro aan extra investeringen nodig heeft om de groene transitie te realiseren. Het rapport stelt dat, hoewel particuliere investeringen belangrijk zijn, de publieke sector ook een essentiële rol zal spelen in het mobiliseren van de nodige middelen. Dit is een van de meest besproken onderdelen van het rapport, gezien de immense budgetten die worden voorgesteld.
Voka roept in lijn met zijn memorandum op tot een radicale herziening van het Europees budget. Dit moet worden geheroriënteerd naar strategische sectoren zoals de interne markt, innovatie en industrieel beleid. Er is dringend behoefte aan een grotere focus op economische groei en innovatie.
Bovendien stelt Voka voor dat bedrijfssubsidies in de toekomst op Europees niveau worden toegekend via een competitief validatiesysteem en niet via Europese enveloppes. Dit voorkomt een ongelijk speelveld tussen lidstaten en zorgt ervoor dat steun alleen naar de meest efficiënte en strategische projecten gaat. Dit garandeert dat we onze strategische autonomie versterken en tegelijkertijd het gelijk speelveld in Europa behouden. Daarnaast mogen bedrijven niet verstrikt raken in een kluwen van bureaucratie als ze toegang willen tot Europese financiering en is laagdrempeligheid een noodzakelijke voorwaarde.
3. Vergunningen: een programmatische aanpak en duidelijke prioriteiten zijn noodzakelijk
Het Draghi-rapport wijst terecht op de problematiek van vergunningen, een bekend knelpunt voor Vlaanderen. In ons land hebben we te maken met vertragingen in de vergunningverlening, met uiteraard de stikstofcrisis als exponent. En het mogelijk waterarrest dreigt de problematiek nog scherper te stellen.
Voka pleit voor een programmatische aanpak op Europees niveau, waarin milieu- en klimaatdoelstellingen worden geïntegreerd zonder dat dit leidt tot vertragingen in vergunningprocedures. Het is essentieel dat EU-wetgeving wordt aangepast om een integrale milieubeoordeling mogelijk te maken, waarbij tijdelijke verslechteringen van de milieukwaliteit kunnen worden toegestaan als deze op lange termijn leiden tot verbetering. Eenzelfde piste lezen we in het rapport, wat ons tevreden stemt.
Daarnaast moeten we duidelijke keuzes maken over prioriteiten. De noodzaak om zowel decarbonisatie als milieubescherming na te streven, vraagt om pragmatisme. Het idee van Draghi om tijdelijk beperkte uitzonderingen toe te staan op EU-milieuwetgeving totdat klimaatneutraliteit is bereikt, is een stap in de goede richting. Dit voorkomt dat regelgeving een onnodige barrière vormt voor de groene transitie.
4. Strategische sectoren in Vlaanderen hebben veel potentieel, maar competitiviteit moet breed ondersteund worden
In de appendix van het Draghi-rapport worden verschillende sectoren besproken, waaronder farmaceutica, de energie-intensieve industrie en de chipindustrie, waar Vlaanderen sterk in staat. Het is van cruciaal belang dat we strategische sectoren in Vlaanderen verbinden met de Europese kaders die worden ontwikkeld om deze industrieën te ondersteunen. Dit zal onze positie op lange termijn versterken en ervoor zorgen dat Vlaanderen een belangrijke speler blijft in de Europese economie.
Voka wil echter benadrukken dat een competitiviteitsagenda niet alleen gericht moet zijn op enkele strategische sectoren. Het verhaal van competitiviteit moet breed gedragen worden, over alle delen van de economie. Alleen dan kunnen we een duurzame en inclusieve economische groei realiseren die de gehele Vlaamse economie ten goede komt. Het is niet genoeg om enkele sectoren te ondersteunen; de hele economie moet kunnen profiteren van de transitie naar een duurzamere toekomst.
5. Pro innovatie-agenda: minder regels en meer vermarkting
Een van de centrale thema’s van het Draghi-rapport is de vermarkting van innovatie. Europese bedrijven lopen achter op hun Amerikaanse tegenhangers, vooral wat betreft investeringen in onderzoek en ontwikkeling (O&O) en het vermarkten van nieuwe technologieën. Dit is een zorg die Voka deelt. Het huidige Europese kader is te sterk gericht op regelgeving, wat bedrijven belemmert om snel te innoveren en hun innovaties naar de markt te brengen.
Voka pleit voor een drastische vermindering van de regeldruk, zodat bedrijven meer ruimte krijgen om nieuwe technologieën te ontwikkelen en te commercialiseren. Innovatie moet niet alleen in het laboratorium plaatsvinden; het moet de markt bereiken om effectief bij te dragen aan economische groei. Huidige initiatieven, die steeds meer definiëren hoe doelstellingen moeten worden bereikt, dreigen bedrijven juist tegen te houden in hun innovatietraject. Een flexibelere aanpak is nodig om ervoor te zorgen dat bedrijven hun innovatieve ideeën snel kunnen omzetten in commerciële successen.