Op deze pagina vind je een overzicht van alle projecten die op 20 mei 2025 gepresenteerd zullen worden aan de Hogeschool UCLL, campus Diepenbeek. Dit biedt alvast een eerste blik op de mogelijke samenwerkingskansen.
Femiset
Het doel van het Femiset-project is het ontwikkelen van een tool die perineale ondersteuning biedt aan vrouwen met DPS, waardoor de stoelgang makkelijker en hygiënischer wordt. Deze tool biedt tijdens het defeceren tegendruk aan het perineum, wat vooral gunstig is voor oudere vrouwen die deze aandoening vaak ervaren.
- Kennisinstelling: Universiteit Antwerpen
- Naam & voornaam onderzoeker: Heirbaut Sien, project manager
Het project biedt een oplossing voor vrouwen die aan het Descensus Perineum Syndroom (DPS) lijden. Bij deze aandoening daalt het perineum abnormaal onder de bekkenuitgang bij het uitoefenen van druk, zoals tijdens het maken van stoelgang. Het perineum is een onregelmatig gevormde structuur die deel uitmaakt van de buitenkant van de bekkenbodem, en vormt het gebied rond de anus en tussen de anus en de vagina. Vrouwen die aan DPS lijden, ervaren moeilijkheden bij het evacueren van hun stoelgang, omdat de druk die normaal voor stoelgang uitdrijving zorgt, bij deze vrouwen zorgt voor een verdere daling van het perineum. Vrouwen met DPS komen vaak terecht in een vicieuze cirkel, aangezien DPS kan leiden tot constipatie, en constipatie op zijn beurt de aandoening verergerd door overmatig persen. Dit brengt heel wat ongemakken met zich mee en verlaagt de levenskwaliteit aanzienlijk.
Vrouwen met DPS kunnen baat hebben bij perineale ondersteuning. Door een tegendruk uit te oefenen op de plaats van de verzakking, kan de stoelgang makkelijker naar buiten gedreven worden. Momenteel doen vrouwen dit manueel, maar dit is onhygiënisch en fysiek moeilijk voor veel vrouwen, aangezien de aandoening vooral oudere vrouwen treft. Met Femiset willen we een tool aanbieden om tijdens het defeceren tegendruk te kunnen geven aan het perineum. De tool vergemakkelijkt de handeling en zorgt er voor dat stoelgang effectief kan uitgedreven worden.
DPS vormt een aanzienlijk gezondheidsprobleem gezien de vele ongemakken die het met zich meebrengt en de aanzienlijke verlaging van levenskwaliteit. Een literatuurstudie gaf ons een beeld van de prevalentie van de aandoening: 1,3% van de wereldbevolking heeft DPS, en dat zijn allemaal vrouwen. Deze cijfers zijn waarschijnlijk een onderschatting: gezien het taboe en stigma rond de aandoening, zijn er veel vrouwen die geen hulp zoeken en dus onder de radar blijven. Los van deze aandoening, heeft wel 12% van vrouwen van 40+ nood aan manuele hulp om tot succesvolle uitdrijving van stoelgang te komen. Deze cijfers roepen om een oplossing die vrouwen kan ondersteunen tijdens hun defecatieproces, op een gemakkelijke, hygiënische en comfortabele manier.
De doelgroep zijn eerst en vooral vrouwen die aan DPS lijden. DPS wordt veroorzaakt door verzwakking van de bekkenbodem spieren, waar verschillende factoren zoals verzakking van de bekkenorganen, constipatie, zwangerschap, vaginale bevalling, en oudere leeftijd aan kunnen bijdragen. De meeste patiënten zijn dus ouder, maar vrouwen van elke leeftijd kunnen hier last van krijgen. Daarnaast kan Femiset ook een preventieve meerwaarde hebben om overmatig persen te voorkomen. Zo zou Femiset kunnen aanbevolen worden in risicosituaties, zoals bijvoorbeeld bij patiënten met chronische constipatie of na een bevalling.
We schatten de kost die nodig is om het product op de markt te krijgen op € 500.000. Deze kost includeert CE en FDA certificering, de implementatie van een kwaliteitsmanagementsysteem, de verdere industrialisatie en marketingskosten. Deze kost is gelijk voor beide valorisatieroutes die we momenteel bekijken: spin-off en licentie.
Vrouwelijke gezondheidsthema's zoals bekkenbodemproblematiek verdienen meer aandacht. Door in dit project mee te gaan, dragen investeerders bij aan een samenleving waarin de specifieke gezondheidsproblemen van vrouwen erkent worden en waarin we effectieve, patiëntgerichte oplossingen kunnen aanbieden om een aandoening dragelijker te maken. Door sociale media durven vrouwen steeds meer naar buiten komen met gestigmatiseerde aandoeningen, waardoor het taboe doorbroken word en de vraag naar gezondheidsinnovaties specifiek voor vrouwen stijgt. Nu is de ideale moment om in dergelijke innovaties te investeren.
Onze primaire valorisatieroute is licentie. We zoeken dus een partner die interesse heeft om het patent in licentie te nemen. We denken aan bedrijven die reeds vrouwelijke gezondheidsproducten voor de bekkenbodem in hun productlijn hebben zoals bekkenbodemtrainers, producten voor incontinentie, menstruatieproducten enz. Ook bedrijven die inzetten op hulpmiddelen voor ouderen komen in aanmerking. Andere mogelijke samenwerkingen zijn met bekkenbodemkinesitherapeuten, huisartsen, ziekenhuizen, rusthuizen en eventueel de overheid.
HospiAvontuur
Het doel van dit project is om kinderen door middel van een interactief spel voor te bereiden op een ziekenhuisopname.
- Kennisinstelling: PXL Zorginnovatie
- Naam & voornaam onderzoeker: Vrancken Jo, lector/onderzoeker PXL Healthcare en PXL Zorginnovatie
Momenteel is het spel aan een grondige update nodig om weer volledig te werken op Android. Hiervoor zoeken we enerzijds naar financiële ondersteuning en anderzijds naar een partner die ons op vlak van spelontwikkeling kan verder helpen. Het spel kan in zijn huidige toestand vrij snel weer up-and-running zijn op Android. Daarnaast hebben we ook de ambitie om het spel uit te breiden naar andere leeftijdsgroepen kinderen, andere medische situaties, etc. Ook hiervoor zijn we op zoek naar partners.
Kinderen voorbereiden op een ziekenhuisopname door middel van een spel.
Vermindering van angst en stress bij kinderen, wat resulteert in een betere ziekenhuiservaring en sneller herstel. Door de angst en stress te verlagen, kan de app ook de behoefte aan kalmerende medicatie verminderen, wat bijdraagt aan kostenbesparingen in de gezondheidszorg. Daarnaast bevordert HospiAvontuur een betere communicatie en samenwerking tussen zorgverleners, kinderen en hun ouders. Dit leidt tot een verbeterde zorgkwaliteit en ondersteunt ouders en verzorgers door hen de tools en informatie te bieden die ze nodig hebben om hun kinderen te ondersteunen tijdens een ziekenhuisopname. De effectiviteit van HospiAvontuur is wetenschappelijk onderbouwd door onderzoek en klinische proeven, wat de betrouwbaarheid en impact van de app aantoont. Door deze wetenschappelijke basis kunnen zorginstellingen vertrouwen op de voordelen van de app voor hun jonge patiënten. Kortom, HospiAvontuur draagt bij aan een positieve ziekenhuiservaring voor kinderen, ondersteunt ouders en verzorgers, verbetert de samenwerking in de zorg en biedt kostenbesparingen. Dit maakt het een waardevolle investering voor zowel de gezondheidszorg als de samenleving als geheel.
Jonge kinderen (2,5 - 9 jaar oud). Een uitbreiding naar andere leeftijdsgroepen is wenselijk.
Om een doorstart te maken op korte termijn € 3.000 voor verdere valorisatie, uitbreiding, customization is er meer budget nodig. Dat is momenteel moeilijk te bepalen.
Door te investeren in HospiAvontuur, dragen investeerders bij aan een betere ziekenhuiservaring voor kinderen. Deze positieve sociale impact kan de kans op trauma's, doorslaapstoornissen en gedragsproblemen na een ziekenhuisopname aanzienlijk verkleinen. Het project wordt ondersteund door wetenschappelijk onderzoek en klinische proeven, wat de effectiviteit en betrouwbaarheid van de app aantoont. De vraag naar innovatieve zorgoplossingen groeit, vooral in de pediatrische zorg. Investeren in een bewezen en effectieve oplossing zoals HospiAvontuur kan daarom een strategische zet zijn in een groeiende markt. Bovendien werkt HospiAvontuur samen met verschillende zorginstellingen, wat de geloofwaardigheid en het bereik van het project vergroot.
Er zijn verschillende soorten bedrijven die mogelijk geïnteresseerd zouden kunnen zijn in een samenwerking omtrent HospiAvontuur. Zorgtechnologiebedrijven die zich richten op innovatieve technologieën in de gezondheidszorg zouden geïnteresseerd kunnen zijn in het integreren van HospiAvontuur in hun portfolio van zorgoplossingen. Farmaceutische bedrijven die betrokken zijn bij pediatrische zorg en welzijn zouden kunnen investeren in HospiAvontuur om hun betrokkenheid bij patiëntgerichte zorg te versterken. Grote ziekenhuisnetwerken en gespecialiseerde kinderziekenhuizen zouden geïnteresseerd kunnen zijn in het implementeren van HospiAvontuur om de ervaring van hun jonge patiënten te verbeteren. Verzekeringsmaatschappijen kunnen geïnteresseerd zijn in HospiAvontuur als een manier om de zorgkosten te verlagen door het verminderen van angst en stress bij kinderen, wat kan leiden tot kortere ziekenhuisopnames en minder complicaties. Onderwijsinstellingen die betrokken zijn bij onderzoek en ontwikkeling in de gezondheidszorg kunnen geïnteresseerd zijn in samenwerking en verdere ontwikkeling van de app. Daarnaast kunnen non-profitorganisaties die zich richten op de gezondheid en het welzijn van kinderen geïnteresseerd zijn in het ondersteunen en promoten van HospiAvontuur. Door samen te werken met deze bedrijven en organisaties kan HospiAvontuur zijn bereik en impact vergroten, wat bijdraagt aan een betere ziekenhuiservaring voor kinderen.
Kickstart Your Soft Skills (KYSS)
Het doel van dit project is het ontwikkelen van een wetenschappelijk ondersteund instrument dat zorgprofessionals in staat stelt hun soft skills te identificeren en verder te ontwikkelen.
- Kennisinstelling: AP Hogeschool Antwerpen
- Naam & voornaam onderzoeker: Hoefkens Amber
Soft skills zijn cruciaal op de arbeidsmarkt, maar veel jongvolwassenen en startende professionals onderschatten het belang ervan en missen deze vaardigheden (Kyndt, et al., 2014). Dit leidt tot minder efficiëntie, frustraties op de werkvloer en een verminderde inzetbaarheid. Onderzoek toont aan dat zowel werkgevers als werknemers deze kloof ervaren en dat gerichte ondersteuning nodig is (World Economic Forum, 2015; Vandeweyer, 2016). Uit verschillende Europese studies blijkt dat pas afgestudeerden hun soft skills overschatten, terwijl werkgevers net ervaren dat cruciale vaardigheden zoals communicatie, samenwerking en zelfsturing vaak ontbreken (Vansteenkiste, 2016; Matsouka & Mihail, 2016). Dit probleem is niet sectorgebonden: volgens het Australische rapport ‘Soft Skills for business success’ van Deloitte (2017) zullen tegen 2030 2/3 van alle jobs ‘soft-skills-intensieve-beroepen’ zijn. Met KYSS spelen we in op deze nood door een wetenschappelijk onderbouwd instrument te ontwikkelen dat zorgprofessionals helpt hun soft skills in kaart te brengen en verder te ontwikkelen.
Ontwikkelen van een wetenschappelijk onderbouwd instrument dat zorgprofessionals helpt hun soft skills in kaart te brengen en verder te ontwikkelen.
Verhoging van de inzetbaarheid van zorgprofessionals en verbetering van samenwerking binnen zorgteams. Daarnaast draagt het project bij aan de professionalisering van opleidingen en HR-processen binnen de sector.
Studenten en werkzoekenden die aan de slag willen gaan in de gezondheidszorg (‘toekomstige zorgprofessionals’), alsook zorgprofessionals die reeds aan de slag zijn in de sector.
€ 85.000 (excl. BTW en overhead): voor de doorontwikkeling van de KYSS-vragenlijst, het aanpassen van de feedbackrapporten, het creëren van sectorgerichte ondersteuningsmaterialen en de ondersteuning bij de implementatie binnen zorginstellingen.
Het KYSS-instrument werd sinds de lancering in het najaar van 2021 reeds door duizenden studenten, werkzoekenden en werknemers uit verschillende opleidingen en sectoren ingevuld. In 2022 voerde voormalig projectpartner VDAB een evaluatie-onderzoek uit om na te gaan of het KYSS-instrument geschikt is om in te zetten in hun specifieke context. Het instrument werd positief geëvalueerd als een laagdrempelige en gebruiksvriendelijke tool die bruikbaar is binnen de VDAB-context en die zowel bemiddelaars als werkzoekenden kan ondersteunen op het vlak van bewustwording van soft skills. Dit resulteerde in de uitbreiding van het KYSS-instrument voor 10 extra soft skills, in opdracht van VDAB. In 2024 werd het uitgebreide instrument gelanceerd op hun website en maakten reeds duizenden mensen er gebruik van. De vraag naar sectorgerichte toepassingen blijft groeien. Met deze projectuitbreiding spelen we specifiek in op de gezondheidszorg, een sector waar soft skills een cruciale rol spelen in patiëntenzorg, teamwerking en werktevredenheid. Door te investeren in dit project, ondersteunt u een innovatief en wetenschappelijk onderbouwd instrument dat zorgprofessionals helpt hun soft skills te versterken en hen beter voorbereidt op de uitdagingen van de arbeidsmarkt. Bovendien biedt dit project een duurzame en schaalbare oplossing met potentieel voor verdere uitbreiding naar andere sectoren. De continue interesse vanuit binnen- en buitenland toont aan dat KYSS niet alleen een meerwaarde biedt op individueel niveau, maar ook bijdraagt aan de professionalisering van onderwijsinstellingen, werkgevers en begeleidingsdiensten. Dit maakt het een strategische investering met maatschappelijke én economische impact.
Voor de valorisatie van het project zijn er verschillende samenwerkingsmogelijkheden met relevante stakeholders binnen en buiten de gezondheidszorgsector: 1) Instellingen hoger onderwijs: Integratie van het KYSS-instrument in curricula van gezondheidszorgopleidingen. Samenwerking met opleidingsverantwoordelijken en lectoren om studenten bewust te maken van het belang van soft skills. 2) Werkgevers en sectororganisaties binnen de gezondheidszorg: Samenwerking met zorginstellingen (ziekenhuizen, woonzorgcentra, thuiszorgorganisaties) om het instrument te implementeren bij personeel en stagiairs. Betrekken van HR-afdelingen en leidinggevenden voor bewustwording en ondersteuning van soft skills-ontwikkeling. 3) Overheidsinstanties en beleidsmakers: Partnerschap met instanties zoals VDAB, Agentschap Zorg en Gezondheid, en andere relevante overheidsorganisaties om KYSS breed in te zetten voor werkzoekenden en zorgprofessionals. Mogelijkheden voor subsidies en beleidsmatige ondersteuning. 4) Beroepsverenigingen en vakorganisaties: Samenwerking met organisaties zoals Zorgnet-Icuro, VIVEL, en andere beroepsverenigingen binnen de zorg om het instrument te verspreiden en verder te optimaliseren. 5) Private en non-profitpartners: Samenwerking met bedrijven en ngo’s die actief zijn in opleiding en coaching binnen de zorgsector. Mogelijkheid tot partnerships voor verdere digitalisering en implementatie in leerplatformen. 6) Internationale samenwerking: Samenwerking met buitenlandse hogescholen, bedrijven en beleidsmakers om KYSS verder uit te rollen en aan te passen aan andere landen en zorgcontexten. Door deze samenwerkingen kan het KYSS-instrument breder worden ingezet en een grotere impact hebben op de professionele ontwikkeling van (toekomstige) zorgprofessionals.
PADFLOW
Het doel van PADFLOW is het aanbieden van een oplossing voor de onvervulde behoefte aan gedetailleerde beoordeling van de doorbloeding en weefselperfusie in de voet door het gebruik van 4D-CT-beelden. Onze software streeft ernaar vaatchirurgen te voorzien van essentiële, dynamische informatie over de bloedstroom, weefselbeschadiging en de levensvatbaarheid van ledematen, wat cruciaal is voor de voorbereiding op operatieve ingrepen.
- Kennisinstelling: Vrije Universiteit Brussel
- Naam & voornaam onderzoeker: Boonen Pieter, postdoctoraal onderzoeker
Het beoordelen van de ernst van diabetische voetulcera blijft een grote uitdaging voor vaatchirurgen. Bestaande beeldvormingstechnieken richten zich vooral op de vaatstructuur en bieden beperkte inzichten in de doorbloeding van de arteriën en weefselbeschadiging vóór een ingreep. Dit gebrek aan functionele evaluatie kan leiden tot niet-optimale behandelbeslissingen, wat bijdraagt aan meer dan 100.000 diabetesgerelateerde amputaties per jaar in Europa.
Onze oplossing, PADFLOW, speelt in op deze onvervulde behoefte door gebruik te maken van 4D-CT-beelden om de doorbloeding en weefselperfusie in de voet te kwantificeren. Onze software levert gedetailleerde visualisaties van de bloedstroom, weefselbeschadiging en levensvatbaarheid van de ledematen, waardoor vaatchirurgen worden voorzien van essentiële, dynamische informatie vóór de operatie.
Door het visualiseren van de bloeddoorstroming, arteriën en weefselperfusie, kan de chirurg een nauwkeurigere, patiëntspecifieke diagnose stellen, een beter behandelplan opstellen en de uitkomst van de behandeling beter monitoren. Door op het juiste moment de juiste informatie te bieden, heeft PADFLOW het potentieel om diabetesgerelateerde amputaties te verminderen en de gezondheidsuitkomsten van patiënten aanzienlijk te verbeteren.
PADFLOW richt zich primair op vaatchirurgen en multidisciplinaire diabetische voetcentra die betrokken zijn bij de diagnose en behandeling van diabetische voetulcera. Daarnaast is het ook relevant voor radiologen en wondzorgspecialisten. Indirect kan PADFLOW ook een positieve impact hebben op ziekenhuizen, patiënten, zorgverzekeraars en beleidsmakers.
We schatten een budget van € 1 miljoen nodig te hebben voor het opstellen van de regulatory strategy en het uitvoeren van klinische validatie testen.
PADFLOW heeft het potentieel om onnodige operaties te verminderen en ziekenhuiskosten te verlagen, terwijl het tegelijkertijd de gezondheidsuitkomsten van patiënten verbetert. In België vinden jaarlijks meer dan 3.300 amputaties plaats, wat resulteert in directe zorgkosten van € 600 miljoen. In Europa loopt dit aantal op tot meer dan 100.000 amputaties per jaar, wat de schaalbaarheid en mogelijke impact van PADFLOW verder onderstreept. Voor investeerders biedt PADFLOW een aantrekkelijke kans, gedreven door de medische noodzaak, de groeiende markt en de interesse van grote medische beeldvormingsbedrijven zoals GE Healthcare en Canon. Daarnaast kan PADFLOW mogelijk een aanzienlijke waarde opleveren voor ziekenhuizen en zorgverzekeraars door efficiëntere diagnostiek en geoptimaliseerde behandelingsstrategieën mogelijk te maken. Voor projectleiders en strategische partners biedt PADFLOW de kans om bij te dragen aan de verdere ontwikkeling en klinische validatie van deze technologie en een concreet traject uit te stippelen naar implementatie in de klinische praktijk, met mogelijkheden voor CE-markering en verdere commercialisering. Daarnaast is er ruimte voor een business developer om commerciële samenwerkingen te versterken, markttoetreding te versnellen en het valorisatietraject strategisch te begeleiden.
Er zijn verschillende samenwerkingen mogelijk om het project te valoriseren: Klinisch: Samenwerking met ziekenhuizen en onderzoeksinstellingen voor klinische validatie en CE-markering. Technologisch: Potentiële partnerships met medische beeldvormingsbedrijven voor integratie en technologische optimalisatie. Commercieel: Partnerschappen om PADFLOW te koppelen aan andere diagnostische en therapeutische oplossingen, zoals farmaceutische bedrijven. Regelgevend: Begeleiding bij het MDR- en CE-markeringstraject voor markttoelating. Strategisch: Financiering via investeerders en samenwerkingen met HealthTech-spelers voor marktintroductie en opschaling.
Sense to eXion
Het doel van dit project is het leren van ondernemingen hoe ze slimme sensoren en exoskeletons effectief kunnen inzetten om overbelasting bij werknemers op te sporen en te verminderen. We hebben een evidence-based, productonafhankelijk keuze-instrument ontwikkeld, gebaseerd op een graafdatabase. Dit instrument stelt bedrijven in staat om technologieën te matchen met specifieke werkrisico’s en de meest geschikte technologie voor hun werkposten te kiezen. Het is ontworpen om veelzijdig te zijn en kan worden aangepast aan de behoeften van diverse doelgroepen, waaronder technologie-aanbieders, -ontwikkelaars en bedrijven die technologie willen implementeren of adviseren.
- Kennisinstelling: Mobilab&Care - Thomas More Kempen vzw
- Naam & voornaam onderzoeker: De Raeve Eveline, projectleider
Fysieke overbelasting leidt vaak tot musculoskeletale aandoeningen en die zijn de belangrijkste oorzaak van arbeidsongeschiktheid en verzuim op het werk. Bedrijven waar werknemers door zwaar werk, repetitieve handelingen of oncomfortabele statische houdingen gevoelig zijn voor musculoskeletale aandoeningen, zijn op zoek naar oplossingen om hun werknemers te helpen. De laatste jaren worden er veel exoskeletons en sensoren op de markt gebracht, maar de kennis over het gebruik en de inzetbaarheid is nog heel klein in het werkveld.
We leren ondernemingen hoe ze slimme sensoren en exoskeletons kunnen inzetten om overbelasting op te sporen en aan te pakken. Hiervoor matchten we werkposten met hun risico’s én met mogelijke inzetbare technologieën om die risico’s te verminderen. Dit is samengevat in een evidence-based productonafhankelijk keuze-instrument op basis van een graafdatabase. Het zal ondernemingen helpen bij het maken van de juiste technologiekeuze. Dit instrument kan in verschillende richtingen worden gebruikt, rekening houdend met de randvoorwaarden van de specifieke doelgroep en waarbij de verschillende doelgroepen toegang krijgen tot de informatie op maat, via input die zijzelf beschikbaar hebben. Het is bruikbaar voor: technologie-aanbieders en -verdelers om types werkposten en handelingen te extraheren voor hun bestaande technologieën, technologie-ontwikkelaars om klanteneisen, ontwerpeisen en nodige technische specificaties te bepalen, voor het ontwikkelen van nieuwe toepassingen, ondernemingen of dienstverleners die technologie willen inzetten of aanbevelen, om de best passende technologie uit te kiezen voor hun werkpost.
Voor werknemers in bedrijven met zware fysieke taken speelt dit project rechtstreeks in op ziekteverzuim en gezondheid van de werknemer. Het project helpt in het voorkomen en aanpakken van overbelasting op de werkvloer. Met een evidence-based keuze-instrument helpen we bedrijven om de juiste technologieën te selecteren, afgestemd op hun specifieke werkposten en risico’s. Dit draagt bij aan veiligere, gezondere werkomgevingen, wat leidt tot duurzame inzetbaarheid van werknemers en meer welzijn op de werkvloer.
Ondernemingen die willen inzetten op de fysieke gezondheid van hun werknemers. Ondernemingen waar risicovolle professionele activiteiten worden uitgevoerd zoals zwaar werk, repetitieve handelingen of oncomfortabele statische houdingen. Verdelers en ontwikkelaars van slimme sensoren, exoskeletons of preventieve technologie. Ondernemingen en organisaties die diensten aanbieden ter preventie van fysieke overbelasting. HR-dienstverleners die bezig zijn met het matchen van personen aan taken.
Budget om de database en prototype tool om te zetten in een webapplicatie (geschat: € 15.000 - 30.000). Budget om de tools om te gieten in een uit te geven boek met richtlijnen.
Investeren in dit project biedt een unieke kans om bij te dragen aan een nieuwe markt in de ergonomie en risicoanalyse, waar momenteel nog weinig softwarematige oplossingen bestaan. Onze methode speelt in op deze onontgonnen markt. Investeerders helpen zo niet alleen ondernemingen met een innovatief keuze-instrument, maar stimuleren ook de digitale transformatie binnen ergonomie, waardoor nieuwe standaarden en toepassingen kunnen ontstaan in een markt met grote groeimogelijkheden.
Co-creatie van een webapplicatie: Samenwerken met softwareontwikkelaars om de graafdatabase en keuze-instrumenten om te zetten naar een gebruiksvriendelijke applicatie. Integratie in bestaande software: Bedrijven kunnen de ontwikkelde kennis en tools integreren in hun bestaande HR- of risicobeheersoftware, wat zorgt voor een bredere toepassing en commercialisatie. White-label oplossing: Ontwikkeling van een valorisatieproduct dat bedrijven onder hun eigen merk kunnen aanbieden. Valideren en finetunen van tools: Samen met bedrijven uit de ergonomie- of technologiesector de tools optimaliseren voor specifieke toepassingen in hun productlijn. Aanbieden van licenties: Bedrijven kunnen de tool aanbieden als onderdeel van hun dienstenpakket aan klanten in diverse sectoren. Financiering voor ontwikkeling: Investeerders financieren de transformatie van het prototype naar een volwaardige webapplicatie en ondersteunen de ontwikkeling van een uit te geven boek met richtlijnen. Subsidieprojecten: Samenwerken met een onderneming in gesubsidieerde projecten om de tool verder te ontwikkelen en implementeren. Train-the-trainer programma’s: Samenwerking om kennisoverdracht te garanderen en bedrijven te trainen in het gebruik van de tool. Workshops en opleidingen: Aanbieden van workshops over ergonomie, risicoanalyse en technologie-integratie, gebaseerd op de ontwikkelde tool.
StressTRACS
Het doel van dit onderzoek is om door het combineren van multimodale datasets uit het dagelijks leven met machine learning en dataminingtechnieken, nieuwe wetenschappelijke inzichten te verkrijgen voor het monitoren van stress via commerciële wearables. Dit stelt bedrijven in staat om hun toepassingen voor mentale gezondheid te verbeteren door een evidence-based datastroom voor stressidentificatie te integreren.
- Kennisinstelling: Thomas More
- Naam & voornaam onderzoeker: Toon Colman, onderzoeker bij het expertisecentrum Zorg en Welzijn, onderzoekslijn Psychologie en Technologie
Ongeveer 45% van de Vlaamse studenten ervaart regelmatige tot constante studiebelasting en 20% heeft een psychisch probleem met een ernstige impact op het dagelijks leven. Ook in de algemene bevolking veroorzaakten burn-out, depressie en psychiatrische stoornissen in 2020 het grootste percentage ziekteverzuim in Vlaanderen, namelijk 32,8%, en dit aantal is de afgelopen tien jaar blijven stijgen. Deze stressuitdaging voor studenten en de algemene bevolking is de focus van StressTRACS. Stressklachten kunnen we meten. Meer dan één op drie Vlamingen bezit een wearable voor continue monitoring van gedrag en fysiologie, maar slechts weinig van deze apparaten gebruiken wetenschappelijk gevalideerde algoritmes om stress te detecteren. Dit ontmoedigt bedrijven om deze technologie te integreren in de huidige toepassingen voor stress en geestelijke gezondheid.
Aangezien stress een complexe en individuele ervaring is die zowel het autonome zenuwstelsel als de subjectieve ervaring beïnvloedt, veronderstellen we dat het combineren van datasets met multimodale gegevens uit het dagelijks leven (fysiologisch en zelfbeoordeling) met machine learning en dataminingtechnieken nieuw wetenschappelijk bewijs zal opleveren voor het monitoren van stress met behulp van commerciële wearables. Het voorgestelde onderzoek zal bedrijven toelaten om de huidige toepassingen voor mentale gezondheid naar een hoger niveau te tillen door een nieuwe maar evidence-based datastroom voor stressidentificatie op te nemen.
We gebruiken commercieel beschikbare wearables in combinatie met gebruikersinformatie om personen meer inzicht te geven in hun stressniveaus. Een groter bewustzijn van de eigen stressniveaus draagt bij aan het aanpakken van stressklachten, die een grote impact hebben op het functioneren van werknemers en studenten. Het StressTRACS-project zal ook organisaties toelaten om de huidige toepassingen voor mentale gezondheid naar een hoger niveau te tillen door een nieuwe maar evidence-based datastroom voor stressidentificatie op te nemen.
Tijdens het project starten we met het meten van stress bij studenten en personeel van de associatie KU Leuven, maar we werken ernaar om algoritmes te maken die schaalbaar zijn naar de gehele bevolking. De doelgroep voor het gebruiken van de ontwikkelingen uit het project zijn organisaties actief in de context van studentenwelzijn (bijv. STUVO), welzijn op het werk (bijv. dienst voor preventie op het werk) en technologische ontwikkeling (bijv. IT bedrijven die applicaties bouwen voor de mentale gezondheid). Verschillende van deze stakeholders maken deel uit van de advisory board van het project en geven input over hoe een stressdetectie toepassing ontworpen zou moeten worden.
Kosten zijn afhankelijk van de implementie die een bedrijf in gedachten heeft, dit kan van een beperkte licentiekost gaan om het stressTRACS algoritme te kunnen gebruiken tot een aanzienlijk project op maat om de innovatie verder aan te passen naar een specifiek toepassingsgebied.
Momenteel hebben organisaties die zich richten op welzijn op het werk en bevordering van geestelijke gezondheid vaak al digitale instrumenten of platforms die ze implementeren bij hun doelgroep, wat resulteert in grote databases met individuele data. Het StressTRACS-algoritme zou in deze benaderingen kunnen worden geïntegreerd om gegevens te verrijken en meer gedetailleerde informatie mogelijk te maken. Terwijl grote enquêtes meestal op jaarbasis (of zelfs minder frequent) worden verzameld, maken de StressTRACS-algoritmes actuele inzichten in de bevolking mogelijk. Dit opent nieuwe ondersteuningsmogelijkheden (en gerelateerde markten en inkomstenstromen) op het gebied van geïndiceerde individuele preventiebenaderingen voor deze organisaties. Aangezien wearables steeds gewoner worden en heel gebruikelijk zijn voor het monitoren van gezondheidsparameters, is het aanbieden van toepassingen met behulp van wearables een belangrijk verkoopargument geworden of kan het zelfs een USP zijn in het businessmodel van bedrijven. Deze wearables moeten echter wel waarde toevoegen en niet gezien worden als louter gadgets, omdat de geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van de aangeboden producten gegarandeerd moeten zijn. Het StressTRACS-algoritme is hier een sleutel voor deze bedrijven. Door toepassingen aan te bieden die gebruik maken van gepersonaliseerde gegevens die worden gemeten door wearables, onderscheiden hun producten zich van de concurrentie en kunnen ze een aanzienlijk concurrentievoordeel bieden. Daarnaast zijn er ook verschillende formules mogelijk voor de bedrijven, waarbij hetzelfde aanbod al dan niet kan worden verrijkt met wearables en de mate van personalisatie kan worden aangepast.
Het project is momenteel een tweejarig C3-project, gefinancierd door KU Leuven Industrieel Onderzoeksfonds (IOF). Als het project in 2026 afloopt ligt er een wetenschappelijk onderbouwde en empirisch onderzochte algoritmische aanpak voor het meten van stress in het dagelijkse leven. Deze oplossing kan via licentie rechtstreeks in applicaties en platformen ingekoppeld worden. Het kan ook verder worden aangepast aan specifieke doelpopulaties en toepassingsdoelen en opent daarom de weg naar nieuwe toegepaste onderzoeksprojecten. Aangezien we een grondige basis bieden, is dit ook een startpunt voor meer op maat gemaakte algoritmes die gerelateerd zijn aan de kernactiviteiten van de geïnteresseerde bedrijven. Op deze manier kunnen we individueel contractonderzoek initiëren of gebruikmaken van VLAIO Ontwikkelingsprojecten en Onderzoeksprojecten om bijvoorbeeld (1) het algoritme verder op maat te maken, bijvoorbeeld door ons te richten op de integratie van andere subjectieve metingen of andere draagbare apparaten waarin meer of andere fysiologische kenmerken kunnen worden geïntegreerd (2) organisaties te ondersteunen bij het implementeren van het algoritme in bestaande applicaties en workflows op het gebied van mentale gezondheid en welzijn op het werk of (3) de StressTRACS algoritmen aan te vullen met Ecological Momentary interventions (EMI) of Just-In-Time Adaptive Interventions (JITAI).
SyntEyes
Ontwikkelen van een web-based platform voor het automatisch genereren van een 3D digital twin van oogstructuren, bedoeld voor optische of mechanische analyse. Dit platform maakt gebruik van het geavanceerde opto-biomechanische SyntEyes model, dat onderzoekers en clinici in staat stelt om postoperatieve uitkomsten van oogchirurgie te simuleren, nieuwe producten te testen, en trainingssimulaties voor chirurgen te bieden.
- Kennisinstelling: Visual Optics Lab Antwerp (VOLANTIS)
- Naam & voornaam onderzoeker: Prof Dr. Jos Rozema (Team leader), Dr. Hosna Ghaderi (Postdoc)
Bijna dagelijks verschijnen er nieuwe toepassingen, producten en diensten in de Oogheelkunde of Optometrie. Om deze te kunnen valideren, wordt het steeds belangrijker om gepaste optische en mechanische modellen te ontwikkelen waarmee onderzoekers en ontwikkelaars kunnen simuleren hoe deze concepten zouden functioneren in een realistische omgeving. De meeste van dergelijke simulaties zijn echter gebaseerd op generische veronderstellingen en modellen, en metingen van tientallen jaren geleden. Maar door gebruik te maken van moderne simulatiemethoden en een onlangs ontwikkeld oogmodel, is het nu mogelijk om digital twins te maken van het oog. Momenteel duurt het soms tot twee dagen om een statisch, gepersonaliseerd model van het oog te maken in 3D. Ons model, daarentegen, heeft slechts enkele minuten nodig om een dynamische digital twin te genereren, hetgeen nieuwe toepassingen opent voor R&D en oogheelkundige zorg.
Ontwikkelen van een web-based platform dat automatisch een volledige 3D digital twin van alle oogstructuren kan genereren voor optische of mechanische analyse. Dit vereist geanonimiseerde biometrische gegevens gemeten met standaard klinische apparatuur, die onderzoekers of clinici zelf kunnen uploaden, en die worden geïntegreerd in het nieuwe opto-biomechanische (OBM) SyntEyes model. Aan de hand van dit model kan men dan bijvoorbeeld de postoperatieve uitkomsten simuleren van oogchirurgie (cataract, hoornvliestransplantaties, sclerale ringen, etc.) voor een specifieke patiënt, nieuwe oogheelkundige producten testen op een grote groep ogen (virtual clinical trial), of chirurgen(-in spe) trainen met behulp van simulatoren.
Er zijn een aantal duidelijke voordelen ten opzichte van de huidige praktijk: De digital twins gemaakt door SyntEyes OBM produceren resultaten die aanmerkelijk relevanter en realistischer zijn dan de huidige generische modellen. Manueel kan het tot twee dagen duren om een digital twin te maken van iemands oog. De voorgestelde methode doet dit volautomatisch in enkele minuten in elke gewenste resolutie, samen met een kwaliteitscheck van het resultaat. Een mesh convergence analyse kan worden toegevoegd, indien gewenst. Dit kan onderzoekers en productontwikkelaars veel tijd besparen. Het model is ook in staat om willekeurige, maar realistische oogmodellen te genereren. De digital twins laten toe om een chirurgische procedure virtueel uit te proberen alvorens deze uit te voeren op de patiënt, hetgeen de uitkomst van de procedure kan verbeteren. De digital twins en SyntEyes OBM laten ook toe om virtual clinical trials uit te voeren, waarbij een therapeutische of chirurgische interventie eerst virtueel worden getest om ze daarna toe te passen op de eerste groep van menselijke vrijwilligers om zo de patiëntveiligheid te verbeteren. Oogchirurgen kunnen getraind worden met SyntEyes OBM in een simulator.
Industriële en academische R&D groepen actief in de optische en biomechanische analyse van oogmodellen. Bedrijven die nieuwe toepassingen ontwikkelen voor refractieve chirurgie, hoornvliestransplantaties, behandelingen van bijziendheid, etc. Medische centra die oogchirurgen opleiden. Klinieken waar oogchirurgie wordt uitgevoerd.
€ 500.000 voor verdere ontwikkeling van het model en € 500.000 voor MDR (indien nodig).
Dit product heeft duidelijke unique selling points vergeleken met de huidige praktijk. Het betreft hier ook interessante en goed omschreven nichemarkt met weinig competitie.
Samenwerking met bedrijven die oogheelkundige producten en software ontwikkelen. Samenwerking met oogheelkundige trainingscentra. Samenwerking met oogchirurgen om hun specifieke behoeften en wensen te leren kennen.
Zelfmanagement van patiënten met een chronische aandoening door educatie via XR technologie
Het doel van dit project is het verder ontwikkelen van een bestaande proof of concept applicatie tot een zelfmanagementtool voor patiënten thuis. Deze applicatie, oorspronkelijk getest in thuiszorg en ziekenhuissettings, zal communicatiemogelijkheden omvatten voor familie en vrienden en een aanvullende informatiestroom bieden voor het netwerk van zorgverleners rondom de patiënt.
- Kennisinstelling: Hogeschool UCLL
- Naam & voornaam onderzoeker: Lemmens Evi, project manager Health Innovation
Kan een 'proof of concept' XR applicatie zoals deze ontwikkeld in het TETRA XheaRt project voor educatie van hartfalenpatiënten, worden uitgebreid voor gebruik voor zelfmanagement van patiënten met hartfalen of andere chronische aandoeningen?
Exploreren van doorontwikkeling van bestaande proof of concept applicatie. Pilot werd uitgevoerd binnen de eerstelijn met name thuiszorg, en ziekenhuis. Doorontwikkeling tot applicatie voor zelfmanagement (incl. communicatie aan familie, vrienden …) van de patiënt thuis, flankerend aan de extra informatiestroom voor het netwerk van zorgkundigen rondom de patiënt.
Snellere respons en hulpkreet, beter zelfmanagement (therapietrouw), minder ziekenhuisopnamen, lagere kost voor de gezondheidszorg.
Patiënten met chronische aandoeningen, en de zorgprofessionals (artsen, verpleegkundigen, e.a. zorgprofessionals) die educatie geven aan deze patiënten.
Afhankelijk van de uiteindelijke scope (blijft de focus voorlopig op hartfalen, of is er uitbreiding naar andere chronische aandoeningen).
Naambekendheid, evidence based versie van een proof of concept applicatie in bezit, maatschappelijke meerwaarde, rechtstreeks contact met zorginstellingen, gefaciliteerd door UCLL, grote afzetmarkt (zorgtechnologie).
Samenwerkingen tussen zorginstellingen onderling, samenwerking tussen zorg en tech bedrijven.