Overslaan en naar de inhoud gaan
Map
  • Nieuws
  • Geef de energienorm nog meer handen en voeten

Geef de energienorm nog meer handen en voeten

  • 14/05/2024

In 2021 voerde de federale regering de energienorm in. Deze norm bepaalt de hoogte van de maximale kosten gelinkt aan energie en is gebaseerd op een jaarlijkse studie van de energiekosten voor bedrijven en gezinnen.

Op basis van de resultaten kunnen maatregelen genomen worden om de concurrentiekracht van bedrijven te vrijwaren. Een eerste stap in de goede richting werd genomen op 7 mei door een aanpassing van de Elektriciteitswet.

Concreet wordt er een ‘openbaredienstverplichting’ ingevoerd voor Elia om mogelijke kortingen toe te passen. Een studie, uitgevoerd door de CREG, moet vaststellen wie juist een concurrentieel nadeel kent en van welke aard dit is. 

Korting

Via Koninklijke Besluiten moet de korting nog meer invulling krijgen. Zo zullen er voorwaarden opgelegd worden voor bepaalde categorieën van industriële afnemers, namelijk dat de korting essentieel moet zijn om een daling van hun uitstoot van broeikasgassen te faciliteren en om de energietransitie te versnellen. De precieze doelgroep en de hoogte van de compensatie zijn nog te bepalen.

Voka is tevreden met deze eerste invulling van de energienorm. Onze buurlanden Frankrijk en Duitsland passen reeds soortgelijke kortingen toe, wat leidt tot een concurrentieel voordeel voor hun industrie. We zien dit dan ook als deel van de oplossing om de concurrentiepositie van onze industriële bedrijven te herstellen.

Werk is niet af

Maar het werk is niet af. Overheden kunnen nog maatregelen treffen om de energiefactuur voor bedrijven te verlichten. Met name de federale bijzondere accijns op elektriciteit ligt nog steeds betrekkelijk hoog. Een verlaging en/of verschuiving hiervan naar fossiele brandstoffen kan tevens voor een ‘taks shift’ zorgen die op elektrificatie aanstuurt.

Ook gewestelijk beleid heeft een impact op de factuur. In Vlaanderen wegen de openbaredienstverplichtingen door in de elektriciteitsfactuur. Het gaat hier om het opkopen van dure groenestroomcertificaten bij de netbeheerders. Vlaanderen moet middelen blijven vrijmaken om de duurste certificaten uit de markt te halen en blijven inzetten op een quotumdaling. 

Om dergelijke ingrepen structureel te doen, vraagt Voka om ook een energienorm op gewestelijk niveau in te voeren. 

Financier mee de transitie

Het is een open deur intrappen dat de energie- en klimaattransitie handenvol geld zal kosten. De industrie staat in Vlaanderen voor miljardeninvesteringen. Dikwijls zijn investeringen in nieuwe technologieën vandaag nog niet rendabel, vooral door hoge operationele kosten.

Er is daarom meer nodig dan enkel investeringssteun om duurzame transitieprojecten in Vlaanderen te verankeren, waarbij ook operationele kosten in rekening gebracht worden. Onze buurlanden zetten volop in op nieuwe ondersteuningsvormen met aandacht voor OPEX-kosten en maken hier miljarden voor vrij.

Vooral het principe van ‘contracts for difference’, krijgt tractie. Het idee is dat de overheid en de onderneming een engagement aangaan voor langere periode (10-15 jaar) om investeringszekerheid en rendabiliteit te garanderen door de kostengap tussen een klassieke en duurzame technologie te compenseren, waarbij er ook een terugvloei-effect naar de overheid mogelijk is indien rendabiliteit bereikt wordt. Door te werken met een veilingprincipe wordt gegarandeerd dat de ‘beste projecten’ in termen van emissiereductie tegen de laagste kost ondersteund worden.

Pilootproject

Vlaanderen zet een eerste stap in die richting via een pilootproject gericht op de vergroening van warmte via e-boilers of industriële warmtepompen. Er wordt 70 miljoen euro vrijgemaakt voor een periode van tien jaar (7 miljoen euro per jaar), wat een handvol projecten zou kunnen ondersteunen. De oproep is vooral bedoeld als leerproces om in de toekomst een volwaardig transitie-instrument uit te rollen.

Dat is meteen ook de oproep van Voka: veranker de oprichting van een volwaardig transitie-instrument met voldoende middelen in het volgende Vlaamse regeerakkoord. Voor de financiering kijken we naar het Klimaatfonds, dat uiteindelijk gespijsd wordt door de emissierechten die bedrijven betalen. 
 

Contactpersoon

Yannick Van den Broeck

Adviseur Energie en Klimaat

imu - vzw - Altez